Het 45-jarige slachtoffer werd gedwongen allerlei huishoudelijke taken op te knappen en als dat niet goed gebeurde, kreeg ze geldboetes en lijfstraffen. De boetes betaalde ze door haar huis in Amsterdam te verkopen. Met het geld kochten moeder en dochter voor ruim 270.000 aan luxe goederen.

Het slachtoffer zei hoe vernederend en kleinerend ze werd behandeld door dochter Mandy van B. en moeder Theresia S. „Ik moest spelden onder mijn nagels steken en ermee in mijn voeten rond de tafel hinkelen.” Ook werd ze uitgehongerd en moest ze dagelijks de tanden van de hond in huis poetsen. Als de hond in huis poepte, moest zij de uitwerpselen op haar lijf smeren.

Van B. was sinds 2007 bevriend met het slachtoffer en haalde haar in 2019 over bij haar in te trekken om een beter mens van haar te maken. Het slachtoffer geloofde daarin en liet zich via de verdachte door een heel netwerk van hulpverleners inpakken, die haar telefonisch en per mail „hielpen”. Die mensen bleken echter helemaal niet te bestaan. Het slachtoffer geloofde dat de straffen haar hielpen een beter mens te worden.

De zaak kwam in oktober 2020 aan het licht toen het slachtoffer van de trap viel en haar voet brak. In het ziekenhuis werd geconstateerd dat ze verwondingen over haar hele lichaam had, waaronder een gebroken rug die niet door een val van de trap veroorzaakt konden zijn. „Ze was meer dood dan levend en geen schim van de vrouw die in 2019 bij haar vriendin introk”, zei de officier van justitie.

„Het is de twee gelukt om mij volledig te breken”, zei het slachtoffer. „De enige vraag die blijft is: waarom?” De verdachten konden er geen verklaring voor geven. Omdat Van B. een ernstige antisociale en narcistische stoornis heeft, werd ook om tbs met dwangverpleging gevraagd.

De rechtbank doet 15 april uitspraak.