Wall Street daalt door oplopende spanningen Oekraïne
In New York, waar beleggers terugkeerden na een lang weekend, zijn de beurzen dinsdag met verlies begonnen. Net als in Europa en Azië bleef de beurshandel op Wall Street in de greep van de oplopende spanningen rond Oekraïne.
De Europese Unie, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten hebben sancties tegen Rusland aangekondigd naar aanleiding van de erkenning door Moskou van separatistische regio’s in Oost-Oekraïne als onafhankelijke staten. De dreiging van een Russische invasie in Oekraïne houdt de aandelenmarkten al weken in de greep en stuwt de olieprijzen.
De Dow-Jonesindex noteerde kort na opening 0,9 procent lager op 33.771 punten. De brede S&P 500 ging 0,7 procent omlaag tot 4318 punten en techgraadmeter Nasdaq verloor 0,9 procent tot 13.431 punten. Maandag waren de beurzen gesloten vanwege de viering van President’s Day.
Het jaarcijferseizoen op Wall Street is grotendeels achter de rug. Van de meer dan 400 bedrijven uit de S&P 500 die met cijfers zijn gekomen, versloeg zo’n 78 procent de verwachtingen van analisten, blijkt uit gegevens van dataleverancier FactSet.
De retailers Home Depot en Macy’s kwamen nog wel met cijfers. Home Depot werd 5 procent lager gezet ondanks beter dan verwachte resultaten en een verhoging van het dividend. Ook voor het huidige boekjaar verwacht het doe-het-zelfconcern een verdere groei van de omzet en winst.
Warenhuisketen Macy’s presteerde beter dan verwacht en werd beloond met een koerswinst van 5,6 procent. Het bedrijf liet tevens weten zijn online-activiteiten niet af te splitsen van zijn winkels, zoals de activistische aandeelhouder Jana Partners eerder had geëist. Daarnaast gaat het bedrijf voor 2 miljard dollar aan eigen aandelen inkopen.
De olieproducent ExxonMobil en Chevron stegen 1,1 en 0,9 procent dankzij de stijgende olieprijzen. De vrees dat met een verdere escalatie van het conflict in Oekraïne de Russische olieleveringen geraakt kunnen worden, drijft de olieprijs verder op richting de 100 dollar per vat.
Houghton Mifflin Harcourt maakte een koerssprong van haast 15 procent. De uitgever van onderwijsmaterialen heeft een akkoord bereikt over een overname door de private investeerder Veritas Capital voor zo’n 2,8 miljard dollar, of omgerekend 2,5 miljard euro.
De prijs voor een vat Amerikaanse olie steeg met 3,3 procent tot 94,05 dollar. Brentolie klom met 2,4 procent tot 97,69 dollar per vat. De euro was 1,1340 dollar waard, tegen 1,1338 dollar een dag eerder.