Rotterdamse boa’s gaan nauwer samenwerken met politie
De Rotterdamse buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) gaan nauwer samenwerken met de politie met als doel de veiligheid in de stad te verbeteren. De gezagsdriehoek waarin gemeente, het Openbaar Ministerie en de politie zijn vertegenwoordigd, heeft hiertoe afspraken gemaakt.
Zo krijgen boa’s toegang tot politiebureaus voor het maken van een proces-verbaal of om aangifte te doen als er geweld tegen hen is gebruikt. Ook kunnen de boa’s naar het politiebureau voor overleg en gezamenlijke briefings. Andersom krijgen politieagenten ook toegang tot de werkplekken van de boa’s in de verschillende delen van de stad.
Door de afspraken kunnen de boa’s, die geregeld te maken hebben met geweld, de politie snel inschakelen om assistentie te krijgen. Een boa kan voortaan een noodmelding maken die door de politie met de hoogste prioriteit wordt behandeld.
Dol rol van boa’s heeft zich de afgelopen jaren „gigantisch ontwikkeld, geprofessionaliseerd en ook uitgebreid qua taken en bevoegdheden”, zegt wethouder Vincent Karremans, die belast is met Handhaving. „De vraag om politie-inzet is onverminderd hoog. De aanpak van georganiseerde criminaliteit, ondermijning en cybercriminaliteit vraagt veel capaciteit dat ten koste gaat van het werk op straat. Deze afspraken zijn dan ook meer dan welkom. Door beter en slimmer samen te werken, zorgen zij er samen voor dat Rotterdammers en bezoekers van onze stad, veiliger en fijner over straat kunnen.”
Rotterdam is de eerste gemeente die de samenwerkingsafspraken tussen boa’s en politie heeft vastgelegd. De Rotterdamse handhavingsafspraken dienen als voorbeeld voor andere gemeenten zodat er landelijk meer eenheid komt in de werkwijze.