Column: SIRE
Ruim honderd jaar geleden deed de erudiete theoloog dr. J. H. Gunning de aanbeveling om zo nu en dan een wandeling te maken over de begraafplaats. Vraag uzelf daarbij af: „hoe zal het met mij zijn als men ook voor mij daar ergens een plekje uitzoekt.”
De SIRE-campagne van dit moment bedoelt de dood bespreekbaar te maken. Kennelijk voor velen een heikel onderwerp. Vooral als het dichtbij komt. Beter dan over je uitvaart na te denken is stilstaan bij de eigen sterfelijkheid.
Ik schreef eens een boekje voor ongeneeslijk zieken, ”Sinds ik het weet”. Helaas was er nauwelijks belangstelling voor. Ik deelde het uit, maar als ik er daarna naar vroeg, bleek het ongelezen te zijn gebleven. „Te confronterend”, zeiden de stervenden. Over struisvogelgedrag gesproken.
De tijd dat de doodskleren in de kast wachtten tot de dag van de dood, ligt nog niet ver achter ons. Toen gingen begrafenissen ook nog in stilte en eenvoud. Vandaag „lijkt een uitvaart qua organisatie steeds meer op een bruiloft”, aldus een dienstverlener. Een passende locatie moet worden gezocht. Moet de lijkauto zwart, wit of grijs zijn? Of liever een koets, zwart of wit? Of een bakfiets. En de kist? Een gevlochten mand kan ook. Of, zo las ik bij een uitvaartondernemer, iets „van bananenboomstam gemaakt, met en zonder schil.” Vergeet de fotograaf en/of videograaf niet. En de dresscode voor de genodigen: klassiek, casual of lekker vrijetijdskleding. En het slot: koffie met cake, iets zoetigs, gebak? Of bubbels en tapas? Of wijn en bittergarnituur? Lunch of diner zijn ook mogelijk. En regel op tijd de spreker(s), muziek en bloemen. Wordt het begraven, cremeren of resomeren? Een ”mooie uitvaart” kost wat. Ook de dood is commercie geworden.
Deze huidige trend gaat de kerken niet voorbij. De dood is te confronterend. De dominee wordt geïnstrueerd wat hij vooral niet en wel moet zeggen.
Denk na over je eigen sterfelijkheid en weet dat alleen in Christus de dood verslonden is tot overwinning. Gunning schreef: „Wie in Christus de dood achter zich heeft, heeft enkel leven vóór zich.”
Het gebeurde bij aanvang van de rouwdienst. De uitvaartleider vroeg de mobiele telefoons uit te zetten. De overledene werd binnengedragen. Plotseling klonk uit de diepte van een tas een stem. „U bent gearriveerd op uw bestemming.” Een dame met een hoofd rood als een overrijpe aardbei haastte zich half struikelend de aula uit. De boodschap was er een om over na te denken. U bent gearriveerd. Waar? Laten we het daar over hebben.