Echte vernieuwing
2 Korinthe 5:17
„Zo dan, indien iemand in Christus, is, die is een nieuw schepsel; het oude is voorbijgegaan, zie het is alles nieuw geworden.”
Hoe kunnen wij nog ons brood eten, voordat wij in enige mate weten of wij deel aan Christus hebben? Moesten wij niet steeds uitroepen: „Wat zullen wij doen om zalig te worden?” O, dit behoorde immers uw vraag te zijn: Wat ontbreekt mij, zoals dit in een gezonde gelovige gevonden wordt? En dit voert mij naar het huidige doel. In de vorige preek toonde ik u aan hoe ver iemand kan komen en toch… slechts nabíj het Koninkrijk der hemelen zijn. Wat ontbreekt in hen die slechts nabij het Koninkrijk zijn wat de ware gelovige, die in het Koninkrijk Gods is, bezit? Hem ontbreekt altijd een volkomen gehoorzaamheid aan alle geboden Gods. En de geboden Gods zijn tweeledig; evenals de ziel en het lichaam van de mens. Zo kunnen degenen die slechts nabij het Koninkrijk Gods zijn, de uitwendige kant van de geboden gehoorzamen, maar zij missen het inwendige gedeelte, dat bestaat in de reiniging van het hart. Zo kunnen de mensen bidden en horen en zeer gevorderd zijn in alle uitwendige plichten. Maar zij kunnen er niet toe geraken die te volbrengen in liefde en vreze en met een hartelijke gehoorzaamheid aan de geboden Gods. Hun ontbreekt altijd het rechte beginsel van het nieuwe schepsel, dat volstrekt noodzakelijk is. „Zo dan, indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel” (2 Korinthe 5:17).
James Renswick, predikant in Schotland
(”In tijden van vervolging”, 1939)