EU straft interim-premier en coupplegers Mali
De interim-premier van het Afrikaanse Mali en vier medestanders die een belangrijk aandeel hadden in de staatsgreep vorig jaar mogen de Europese Unie niet langer in. Ook kunnen ze niet meer bij geld dat ze in de EU hebben gestald en mogen Europese burgers en bedrijven geen zaken meer met ze doen.
De EU maant de Malinese junta al langer om plaats te maken voor een gekozen burgerregering. Maar sterke man Assimi Goita schoof de voor deze maand geplande verkiezingen onlangs op de lange baan. Dat het regime het Russische huurlingenbureau Wagner in de arm heeft genomen, zit de EU ook niet lekker.
De vijf gestraften hebben de overgang van Mali naar een democratisch bestuur tegengehouden en ondermijnd, stellen de ministers van Buitenlandse Zaken van de EU-landen. De sancties gelden, behalve voor interim-premier Choguel Maïga, ook voor twee ministers, de voorzitter van de wetgevende raad en de anti-Franse en pro-Russische leider van een beweging die een belangrijke rol speelde in de coup.
De EU maakte eind vorig jaar de weg vrij voor strafmaatregelen voor Mali en legde, op voorstel van Nederland, Frankrijk en Tsjechië, ook Wagner sancties op. Voormalig kolonisator Frankrijk heeft al jaren het voortouw in een militaire missie die het opneemt tegen moslimextremisten in het Sahelland. Die opereert daar naast VN-missie Minusma. Nederland heeft een militair transportvliegtuig en een bijbehorend honderdtal manschappen in Mali gestationeerd.
De verstandhouding tussen de EU en de junta bereikte deze week een nieuw dieptepunt. De junta wees de Franse ambassadeur en Deense militairen die aan de Franse missie zouden deelnemen de deur.