De VN-missie in Afghanistan heeft vastgesteld dat het sinds 15 augustus om meer dan honderd gedode mensen gaat. Het rapport rept daarbovenop ook van buitengerechtelijke executies van ten minste vijftig mensen die ervan werden verdacht tot de lokale tak van de militante groepering Islamitische Staat te hebben behoord.

Bovendien ontvangt de VN-missie nog steeds „geloofwaardige beschuldigingen” over moorden, gedwongen verdwijningen en andere misdragingen jegens voormalige functionarissen, leden van de veiligheidstroepen en mensen die voor het door de VS geleide internationale militaire contingent werkten, aldus het rapport. Dit ondanks een algemene amnestie voor mensen uit die groepen die de Taliban eind augustus afkondigden.

Hiermee bevestigt de VN de eerdere bevindingen van Human Rights Watch, dat in december berichtte dat meer dan honderd oud-leden van het leger, politie en inlichtingsdiensten zouden zijn gedood of verdwenen. Destijds ontkenden de Taliban die bevindingen ten stelligste.

Het VN-rapport schetst tevens een beeld van de verslechterende levensomstandigheden van de Afghaanse bevolking van 39 miljoen sinds de machtsovername door de Taliban in augustus. „Een heel complex sociaal en economisch systeem wordt afgebroken”, zei Guterres.

Guterres adviseert de Veiligheidsraad een herstructurering van de VN-missie goed te keuren om de situatie het hoofd te bieden. Zo’n herstructurering zou ook de oprichting van een nieuwe eenheid voor toezicht op de mensenrechten moeten behelzen.