De 39 migranten werden in oktober 2019 gestikt aangetroffen in een koelwagen die vanuit Zeebrugge naar Engeland was verscheept. De lichamen werden gevonden op een industrieterrein in Grays, een kleine 30 kilometer ten oosten van Londen. Onder de doden waren drie minderjarigen.

De zaak is volgens de rechter van „een zelden geziene ernst”. Hij wijst op de kille omgang van de smokkelaars met hun slachtoffers, die ze steevast ‘kippen’ of ‘goederen’ noemden. Ze werden op cynische wijze uitgebuit en afgeperst.

Twee van de slachtoffers waren weggelopen uit een opvang in Nederland. De Nederlandse politie was hen op weg naar België op het spoor, maar na overleg met de Belgische collega’s werd er uiteindelijk niet ingegrepen.

De 45-jarige bendeleider hield tevergeefs vol dat hij niets met de smokkel te maken had. Hij zou juist zelf slachtoffer zijn en zijn talen ook te slecht spreken om als spil van een mensensmokkelbende te kunnen optreden. De rechter legde hem niettemin, naast de vijftien jaar cel, een boete van bijna een miljoen euro op en confisqueerde bezittingen met een waarde van bijna 2,3 miljoen euro.

De adjudant van Vo Van Hong binnen de bende kreeg tien jaar, moet een wat lagere boete betalen en ziet minder bezittingen verbeurdverklaard. Tien anderen, allen van Vietnamese komaf, kregen lagere straffen. Ook zes Belgische taxichauffeurs die de bendeleden en hun slachtoffers vervoerden van de ene naar de andere halte op hun weg naar Engeland, werden veroordeeld. Vijf kregen vrijspraak omdat ze niet wisten wie ze in hun auto hadden.

Andere mensensmokkelaars die bij het drama waren betrokken werden al eerder veroordeeld in het Verenigd Koninkrijk, in Vietnam en in Italië.