Omtzigt en SP vragen of asielaanwijzing een misdrijf was
Kamerleden Pieter Omtzigt en Jasper van Dijk (SP) willen van de regering weten of voormalig staatssecretaris Ankie Broekers-Knol een ambtsmisdrijf heeft gepleegd door half december een aanwijzing te geven om asielzoekers op te vangen. De twee parlementariërs willen zelf nu nog niet concluderen dat ze zich daar schuldig aan heeft gemaakt, maar willen wel „een goede juridische uitleg”, zegt Omtzigt desgevraagd.
Volgens de Kamerleden heeft Broekers-Knol door het woord „aanwijzing” te gebruiken gesuggereerd dat gemeenten die opdracht moesten uitvoeren. Juridisch was dat helemaal niet zo, erkende Broekers-Knol maandag vlak voordat ze werd vervangen. Omtzigt en Van Dijk vragen zich af of dat betekent dat ze die brieven heeft verstuurd „wetende dat daardoor de Grondwet werd geschonden”. Dat zou een ambtsmisdrijf kunnen zijn, stellen zij vast. „We zien dat de regering zich niet aan de wet gehouden heeft en willen uitleg van de regering hebben”, aldus Omtzigt.
Iedereen kan aangifte doen van een ambtsmisdrijf, dus ook Omtzigt en Van Dijk. Maar voordat daar sprake van is willen zij eerst tekst en uitleg en een aantal documenten krijgen vanuit het kabinet. Als er inderdaad sprake is van een ambtsmisdrijf, betekent dat ook dat er een aangifteplicht is voor onder anderen ambtenaren. Die zouden dan verplicht melding moeten maken bij de Rijksrecherche.
De Kamervragen zijn gesteld aan staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel), minister Dilan Yeşilgöz van Justitie, Kajsa Ollongren als voormalig minister van Binnenlandse Zaken en premier Mark Rutte. Het ministerie van Justitie en Veiligheid wil niet reageren op vragen of er mogelijk sprake is van een ambtsmisdrijf omdat een reactie op Kamervragen „altijd eerst naar de Kamer” moet. Ankie Broekers-Knol schreef maandag dat „de term aanwijzing is ingegeven door de acute noodsituatie waarvan sprake was, mede gezien de internationaalrechtelijke verplichtingen waaraan Nederland zich verbonden heeft”.