Amsterdam wil meer hulp kabinet voor zzp’er in coronatijd
Het nieuwe kabinet moet met een structurele oplossing komen voor zelfstandige ondernemers die zijn getroffen door de coronamaatregelen. „De voortdurende ad-hoc besluitvorming zonder langeretermijnvisie zorgt voor onduidelijkheid en vooral voor grote zorgen over de bestaanszekerheid van Amsterdamse zelfstandigen”, schrijft de Amsterdamse wethouder Rutger Groot Wassink (sociale zaken) in een brief aan de gemeenteraad.
Zelfstandige ondernemers die zijn getroffen door de coronamaatregelen konden tot 1 oktober gebruikmaken van de Tozo-regeling (Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers). Nu die regeling is stopgezet, kunnen ze gebruikmaken van het Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz), maar dat kent aanzienlijk strengere voorwaarden dan de Tozo, is soberder en geeft veel meer rompslomp, ook bij de gemeente.
Groot Wassink ziet in Amsterdam een grote stijging van het aantal zelfstandigen dat een beroep doet op het Bbz. Sinds het wegvallen van de Tozo hebben 3500 zzp’ers een aanvraag gedaan. Dat is volgens de wethouder „drie keer zoveel als we normaal in een volledig jaar afhandelen en de cijfers lopen sinds de aankondiging van de lockdown van dit weekend verder op”. Amsterdam hanteert momenteel een soepele houding ten opzichte van het Bbz, om mensen snel te kunnen helpen.
De wethouder vindt dat zowel zzp’ers als gemeenten „niet elke drie maanden met een nieuwe regeling moeten worden geconfronteerd” en pleit voor duidelijkheid voor alle partijen. Hij ziet een sprankje hoop in het nieuwe regeerakkoord, dat „een voorzichtige bereidheid toont om hervormingen door te voeren op de arbeidsmarkt en in de sociale zekerheid”. En dat is mooi, maar er is echt meer nodig, vindt hij.