India begint met schoonmaak Bhopal
De Indiase autoriteiten beginnen twintig jaar na de industriële ramp in Bhopal met het saneren van het getroffen gebied. Dat zei de regionale minister Uma Shankar Gupta. In Bhopal herdenkt men donderdag en vrijdag de giframp die twintig jaar geleden aan zeker 15.000 mensen het leven kostte.
„De federale regering heeft (het staatsbedrijf) Engineers India Ltd. gevraagd de fabriek van Union Carbide te inspecteren om vast te stellen hoeveel giftige vervuiling er nog ligt en hoe we die kunnen opruimen", zei Gupta. Hij is belast met het ondersteunen van de slachtoffers van de ramp. Het is een eerste stap naar sanering van het fabrieksterrein, voegde hij eraan toe.
Bij de centrale regering in de hoofdstad New Delhi kon echter niemand de bewering van de regionale bestuurder bevestigen, aldus de Britse omroep BBC. En een zegsvrouw van Engineers India Ltd. zei nog geen opdracht tot inspectie te hebben ontvangen. Of het bedrijf met de overheid over een dergelijke overeenkomst onderhandelt, wilde zij niet zeggen.
Op de vroege morgen van 3 december 1984 lekte circa 40 ton metylisocyanaat uit de fabriek die bestrijdingsmiddelen maakte. Ongeveer 3500 mensen stierven tijdens en kort na de ramp. De Indiase regering schat dat de afgelopen twee decennia in totaal ongeveer 15.000 mensen zijn gestorven als gevolg van het ernstigste bedrijfsongeluk uit de geschiedenis.
Groeperingen die opkomen voor de nabestaanden denken dat het werkelijke dodental het dubbele is van het officiële cijfer. Amnesty International liet deze week in een rapport weten dat de ramp het leven kostte aan tussen de 22.000 en 25.000 mensen. De autoriteiten zeggen dat 800.000 mensen nog dagelijks last hebben van de gevolgen van het inademen van de vrijgekomen giftige dampen.
Activisten in Bhopal geloven niet dat de regering met de schoonmaak gaat beginnen. Volgens hen ligt er nog zeker 8000 ton giftig afval bij de inmiddels verlaten fabriek. Milieubeweging Greenpeace gaat er van uit dat er mogelijk nog 25.000 ton afval ligt. Bewakers van het terrein zeggen dat de meeste pijpen en opslagtanks nog steeds chemicaliën bevatten. In de VS woedt nog een juridische strijd over de schoonmaakplichten van Dow Chemicals, het moederbedrijf van Union Carbide.
Na een akkoord met Union Carbide in 1989 kwam de fabriek in handen van de provincie Madhya Pradesh. De Amerikaanse onderneming kwam toen een schadevergoeding van 470 miljoen dollar overeen met de Indiase regering. Veel betrokkenen vonden dat bedrag veel te laag. Bovendien hebben veel slachtoffers en nabestaanden twintig jaar na dato nog steeds geen vergoeding ontvangen.
