Dertien jaar cel voor dodelijke schietpartij Haarlem
De rechtbank in Haarlem heeft de 34-jarige Mitchell van R. conform de eis van het Openbaar Ministerie veroordeeld tot dertien jaar cel, voor het doodschieten van de 31-jarige Gregori Maduro. Het slachtoffer werd in de nacht van 7 op 8 maart 2020 in een loods aan de Bingerweg in Haarlem in het hart geschoten en stierf ter plaatse.
Samen met medeverdachte Serkan Ö. (34) liet Van R. het ingepakte, met tegels verzwaarde lichaam van Maduro afzinken in de Mooie Nel, een meer niet ver van de plaats van het misdrijf. Het stoffelijk overschot werd een maand later ontdekt. De rechtbank sprak Ö. vrij van betrokkenheid bij het levensdelict, maar legde hem achttien maanden cel op voor zijn rol bij het verbergen van het lijk. Van R. is ook voor dit feit veroordeeld, evenals voor het bezit van een vuurwapen en harddrugs. Tegen Ö. had het OM een jaar cel geëist.
Slachtoffer Maduro verbleef bij gebrek aan onderdak in de loods waar hij het leven heeft gelaten. De loods was in gebruik bij verdachte Van R., die er motoren verhandelde. Ö. kwam er veelvuldig over de vloer. Op de bewuste avond zou Maduro agressief zijn geworden omdat hij zonder geld zat. Hij kampte onder meer met een gokverslaving en zou veel drank en drugs hebben gebruikt. Van R. trad hem in de loods tegemoet met een doorgeladen vuurwapen in zijn jaszak, naar eigen zeggen om hem te bedreigen en hem op die manier tot bedaren te brengen.
Maduro zou Van R. plotseling hebben aangevallen, waarop deze zich naar eigen zeggen genoodzaakt zag te schieten. De rechtbank ging niet mee in zijn verweer dat hij uit zelfverdediging zou hebben geschoten. Hij mocht zich verdedigen, aldus de rechtbank, maar deed dit buiten proportie door van korte afstand op het bovenlichaam van Maduro te schieten. Van R. had ook een waarschuwingsschot kunnen lossen, vindt de rechter. Of hij had samen met Ö. de aanval kunnen afwenden, zoals ze al eens eerder hadden gedaan. Het laten verdwijnen van het lijk noemt de rechtbank „respectloos”.
Van R. en Ö. kwamen na de vondst van het lichaam van Maduro als verdachten in beeld. Bij doorzoekingen van de loods stuitte de politie op handelsvoorraden drugs, waaronder cocaïne en MDMA. Bovendien trof de politie bij een derde doorzoeking van het pand een kalasjnikov aan. Van R. heeft tevergeefs ontkend dat hij daarvan de eigenaar was.