Nederland wil 150 miljoen euro neerleggen voor topstuk Rembrandt
De Nederlandse overheid wil het schilderij De Vaandeldrager van Rembrandt kopen en „voorgoed in het publieke domein brengen”. Het werk is nu in het bezit van de familie Rothschild. Het doek stamt uit 1636 en de waarde wordt geschat op 165 miljoen euro.
Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap schrijft dat het 150 miljoen euro wil uittrekken voor de koop. Het ministerie wil de begroting hiervoor wijzigen en heeft het voorstel daartoe woensdag naar de Tweede Kamer gestuurd. Ook springt de Vereniging Rembrandt bij voor 15 miljoen euro en wordt 10 miljoen euro betaald uit het Rijksmuseum Fonds.
De familie Rothschild wilde het werk al in 2019 verkopen, maar de Franse staat bestempelde het doek als „nationale schat” waardoor het 30 maanden de tijd kreeg om het zelf aan te schaffen. Maar daar zag Frankrijk van af. Als de verkoop aan Nederland doorgaat, dan zal De Vaandeldrager op tournee gaan langs alle Nederlandse provincies. Vervolgens zal het een plek krijgen op de Eregalerij van het Rijksmuseum.
De Vaandeldrager is een zelfportret van Rembrandt, waarin hij zichzelf volgens het ministerie „rebels en vol bravoure” afbeeldt. „Het werd zijn artistieke doorbraak die zou leiden tot De Nachtwacht.”
„Met de aankoop van dit schilderij kan een ontbrekende schakel in het overzicht van het leven van Rembrandt en zijn ontwikkeling als kunstenaar worden toegevoegd aan de Collectie Nederland”, schrijft demissionair minister Ingrid van Engelshoven in een brief aan de Kamer. Ze hoopt dat „zoveel mogelijk mensen hiervan kunnen genieten”, mocht de koop doorgaan.