Raad van Europa begint procedure tegen Turkije wegens Kavala
De mensenrechtenorganisatie Raad van Europa is een procedure begonnen tegen Turkije omdat het zakenman en filantroop Osman Kavala nog niet heeft vrijgelaten. Het Europese Hof voor de Mensenrechten had die vrijlating twee jaar geleden al geëist.
Turkije is lid van de Raad van Europa en moet dus gehoor geven aan de besluiten. De procedure kan uiteindelijk leiden tot het uitsluiten van Turkije uit de raad, maar dat is niet de bedoeling van de zaak. Ankara krijgt tot 19 januari om te reageren.
Kavala werd vorig jaar na een eis van levenslang vrijgesproken van het financieren van protesten in Istanbul in 2013, maar er volgde direct een aanklacht voor betrokkenheid bij de verijdelde coup in 2016.
Een Turkse rechter besloot onlangs om Kavala nog langer vast te houden. Hij zit ondertussen vier jaar vast zonder dat hij ergens voor is veroordeeld. Het Europese Hof voor de Mensenrechten besloot in 2019 dat de zakenman moet worden vrijgelaten. „Door Kavala niet vrij te laten heeft Turkije geweigerd zich te houden aan de uitspraak van het hof”, staat in een verklaring van de raad.
De raad heeft ook de onmiddellijke vrijlating geëist van de Turkse politicus Selahattin Demirtas. De voormalige leider van de Koerdische Democratische Partij (HDP) zit sinds november 2016 vast in Turkije op verdenking van terrorisme.
Turkije vindt dat de Raad van Europa zich mengt in interne aangelegenheden.