Meer subsidie voor duurzaam werkende boer
Het Europees Parlement heeft dinsdag in Straatsburg met royale meerderheid het nieuwe EU-landbouwbeleid goedgekeurd. Kern daarvan is dat boeren dier-, klimaat- en milieuvriendelijker moeten werken.
De verdeling van de landbouwsubsidies wordt voorlopig voor 20 en later 25 procent afhankelijk van de vraag in hoeverre boeren daarin slagen. Lidstaten mogen zelf kiezen of ze met deze zogeheten ecoregelingen –waar boeren vrijwillig aan mee kunnen doen– bijvoorbeeld biologische, precisie- of boslandbouw willen aanmoedigen.
Ook aan de bulk van de subsidies worden strenger eisen gesteld. Zo moeten boeren meer grond braak laten liggen om het verlies van planten- en diersoorten (biodiversiteit) tegen te gaan.
Met de instemming van het Europees Parlement is de laatste horde voor invoering van het nieuwe zogeheten Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) genomen. Volgens Eurocommissaris Janusz Wojciechowski (Landbouw) gaat het om de grootste hervorming van het GLB in dertig jaar. Het nieuwe landbouwbeleid is een compromis, waarover onderhandelaars van de EU-lidstaten, het parlement en de Europese Commissie het in juni eens werden. Parlementeriërs van christendemocraten, sociaal-democraten, liberalen en conservatieven stemden voor. Voor de groene en linkse partijen gaat de hervorming niet ver genoeg.
Realistisch
Onder de voorstemmers was Bert-Jan Ruissen (SGP), die als onderhandelaar betrokken was bij het bereiken van het compromis. Volgens Ruissen zijn de „al te onrealistische ambities” van de Commissie tot realistische proporties teruggebracht en is een goede balans gevonden tussen inkomensondersteuning van boeren en gerichte beloning via de ecoregelingen. Ook is er meer steun voor jonge boeren.
De EU-lidstaten moeten met zogeheten nationale strategische plannen zelf invulling geven aan het nieuwe landbouwbeleid. In die plannen geven ze aan hoe ze werk willen maken van onder meer doelen op het gebied van klimaat, biodiversiteit en waterkaliteit.
Ruissen noemde dat eerder tegenover het Reformatorisch Dagblad goed nieuws. „Het maakt maatwerk mogelijk, wat tegemoet komt aan de verschillen tussen landen. De omstandigheden in de Nederlandse veenweidegebieden zijn immers heel anders dan die in de Alpenweiden.”
Maar het is volgens hem wel zaak te blijven waken voor een gelijk speelveld. Dat zou in het geding kunnen komen als lidstaten allerlei extra eisen gaan stellen aan hun boeren. Hij vroeg de Commissie dinsdag om bij de toetsing van de nationale plannen niet alleen te kijken naar ecologische maar ook naar economische effecten.
Morrelen
CDA-Europarlementariër Annie Schreijer-Pierik vindt dat in Nederland het Rijk en de provincies „nu niet zomaar moeten morrelen aan de inkomenssteun voor boerenfamilie- en gezinsbedrijven.” Volgens Schreijer-Pierik zouden bijna de helft van de Nederlandse melkveehouders en een groot deel van de akkerbouwers zonder GLB-subsidies een negatief inkomen hebben. „Ons EU-akkoord biedt noodzakelijke financiële zekerheid en toekomstperspectief.”
Het landbouwbeleid is goed voor bijna een derde van de EU-begroting. Tussen 2021 en 2027 is er bijna 387 miljard euro mee gemoeid. Nederland ontvangt in de periode 2023-2027 per jaar ongeveer 790 miljoen euro.