Opinie

Toegespitst: Feilbaar geheugen moet mens bescheiden maken

Een politicus die een belangrijk stuk in de trein laat slingeren. Een premier die zegt: „Daar heb ik geen actieve herinnering aan.” Vergissen is even menselijk als vergeten. Het geheugen is geen Winkler Prins, maar een Wikipediapagina en ons brein past die naar believen aan.

20 November 2021 19:08

Elizabeth Loftus, een Amerikaanse hoogleraar, vertelt het wat onderkoeld, maar haar verhaal is verbijsterend. Het gaat over een vrouw die in de jaren negentig van de vorige eeuw in psychotherapie ging. „Nadien geloofde ze vast dat ze jarenlang ritueel misbruikt was, gedwongen tot een zwangerschap en dat de baby uit haar buik gesneden was. Maar er waren geen littekens en er was geen enkel bewijs van fysiek geweld dat haar verhaal kon bevestigen.”

Loftus is hoogleraar forensische psychologie en maakte wereldwijd naam met haar onderzoek naar dit soort bizarre herinneringen. Ze ontdekte dat zo’n ingebeelde herinnering veel vaker voorkomt. Driekwart van de onschuldig veroordeelden in de VS kwam in de gevangenis terecht op basis van valse herinneringen van ooggetuigen. Ze zaten tientallen jaren vast, tot uit DNA-onderzoek bleek dat ze onschuldig waren.

Hoe is het mogelijk dat iemand zich iets herinnert wat zó ingrijpend is, dat vast gelooft, terwijl het aantoonbaar onjuist is? De hoogleraar werd argwanend vanwege de methode die psychotherapeuten gebruikten. Is het denkbaar dat de therapeuten hun patiënten op een verkeerd spoor zetten, bijvoorbeeld met technieken als hypnose of suggestie? Uiteindelijk slaagden zij en andere onderzoekers erin om zelf een nepherinnering te implanteren in het geheugen van een proefpersoon. Het blijkt mogelijk om iemand vast te laten geloven dat hij of zij als kind verdwaald is, bijna verdronken of bedreigd door een monster.

Die herinnering is zo ‘echt’ dat die het gedrag beïnvloedt, ook op lange termijn. Wie door zo’n ingeplante herinnering dacht dat hij vroeger eens ziek geworden was van aardbeienijs, wilde dat later niet meer eten.

Loftus gaf in 2013 een lezing over haar onderzoek op een TED-conferentie in Schotland. Ze vat het zo samen: „Veel mensen geloven dat het geheugen werkt als een opnameapparaat. Je neemt de informatie op, en dan roep je het op en speel je het af als je een vraag wilt beantwoorden.” Dat is niet waar, zegt ze: „Onze herinneringen zijn geconstrueerd. Het geheugen werkt een beetje zoals een Wikipediapagina: je kunt het bewerken, maar andere mensen kunnen dat ook.”

Identiteit

Het menselijk geheugen lijkt dus niet op zo’n stabiele Winkler Prins, maar op een veranderlijke webencyclopedie die door iedereen kan worden aangepast.

Het is een beangstigende gedachte dat mensen hun beweringen nogal eens baseren op onjuiste herinneringen. Tegen een radiozender in Boston, Wbur, zei Loftus: „Ons geheugen is de basis voor onze identiteit en zegt ons wie we zijn. Maar een deel van ons geheugen zegt ons wie we wíllen zijn. Er is wetenschappelijk bewijs dat we ons geheugen vervormen in een richting die voor ons positief is of ons prestige vergroot. Dat gebeurt zonder invloed van anderen. Mensen herinneren zich betere rapportcijfers dan ze in werkelijkheid hadden. Ze herinneren zich grotere bedragen gegeven te hebben aan goede doelen dan ze in werkelijkheid deden.”

Onderbuik

Zulke foutjes hoeven niet meteen storend te zijn. Probleem is echter dat het menselijk brein nog meer zwaktes heeft. In een dik boek, ”Ons feilbare denken”, beschrijft Nobelprijswinnaar Daniel Kahnemann –volgens Wikipedia een Israëlische psycholoog– op welke punten we nog meer onderuit kunnen gaan. Veel mensen vertrouwen op hun intuïtie, hun onderbuikgevoel. Echter, zegt Kahnemann, dat is niets meer en niets minder dan herkenning van een situatie uit het verleden op basis van… ons geheugen. Jawel, ons feilbare geheugen.

Een ander manco is de neiging tot vooringenomenheid, het denken in stereotypes. Dat is nauwelijks te voorkomen, want iedereen heeft een bepaald beeld bij asielzoekers, Duitsers, politieagenten en virologen. Bij Staphorst denken veel Nederlanders niet meteen aan stipwerk.

Een ernstige fout is het denken in oorzaak en gevolg terwijl er alleen sprake is van een verband, een correlatie. Sinds 2001 neemt het aantal overwinterende ooievaars in Nederland af én daalt ook het aantal kinderen dat jaarlijks geboren wordt. Die twee gegevens hebben waarschijnlijk niets met elkaar te maken. Maar het smartphonegebruik en de toenemende eenzaamheid onder jongeren waarschijnlijk ook niet. En, om een gevoelig thema aan te snijden, het aantal vaccinaties en het stijgende aantal overlijdens onder gevaccineerden tijdens deze vierde golf: ook die hebben met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid niets met elkaar te maken.

Kerkenraden

Kahnemann somt nog veel meer redenen op waardoor mensen snel tot verkeerde conclusies komen. Dat leidt tot een belangrijke les: wie zichzelf serieus neemt, doet er goed aan regelmatig aan zichzelf te twijfelen. En andersom, wie steeds meent de wijsheid in pacht te hebben, verdient het niet om serieus genomen te worden. Als het geheugen zo’n blokkendoos is die door jezelf, door anderen en door media te manipuleren is, en als ons denken zo feilbaar is, dan is het niet verwonderlijk dat mensen een tunnelvisie ontwikkelen en geloof hechten aan omstreden ‘feiten’ omdat die beter aansluiten bij hun ideeën.

Nog griezeliger wordt het als een hele groep verstrikt raakt in verkokerd denken terwijl niemand zijn vinger meer opsteekt met de vraag of het verhaal wel klopt. Die valkuil ligt op de loer bij ministers en managers, maar niet minder bij allerlei commissies en kerkenraden.

De vraag is nu hoe je ontkomt aan zo’n gevaarlijke blikvernauwing. De tips van Kahnemann zijn lastig samen te vatten in een enkele alinea. In elk geval helpt bescheidenheid daar beter bij dan eigenwijsheid. De bereidheid om te leren van anderen is natuurlijk een plus. Intuïtie is waardevol bij experts, maar alleen in voorspelbare omstandigheden; een trage rationele beslissing doet daar niet voor onder. In een groepsgesprek helpt het als ieder eerst zijn eigen opvattingen op papier zet en die daarna voorleest. Daarbij is het de kunst om open vragen te stellen die ruimte bieden voor een andere denkrichting. Maar soms is een gesloten vraag onontkoombaar, zoals deze: „Zou het kunnen dat je je vergist?”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer