Medewerkers van de Verenigde Naties zeiden geen bijzondere troepenbewegingen te hebben waargenomen.

De Congolese president Joseph Kabila liet niettemin weten binnen twee weken twee of drie brigades, maximaal zo’n 10.000 militairen, naar de grensstreek te sturen „om de veiligheid van de burgerbevolking te waarborgen en de Rwandese agressie in te tomen.”

De diplomaat zei dat hij sinds vrijdag Rwandese troepen de grens met Congo had zien overtrekken, maar dat ze nog niet hadden gevochten met het Congolese leger. Een parkwachter van het Nationaal Park Virunga, op de grens tussen Rwanda en Congo, bevestigde het bericht van de diplomaat. Hij had gisteren zo’n 400 Rwandese soldaten in het park de grens zien passeren. De soldaten waren merendeels te voet, maar hadden wel moderne wapens bij zich, aldus de parkwachter, die eraan toevoegde dat ze richting het afgelegen berggebied ten noorden van Goma, de grootste stad in Oost-Congo, leken te trekken. Ook hoofden van stammen rondom Goma verklaarden dat stamgenoten de Rwandese soldaten hadden gezien.

Woordvoerster Jacqueline Chenard van de VN-vredesmacht in Oost-Congo zei dat VN-soldaten bij patrouilles, onder andere met helikopters, in het gebied niets opmerkelijks hadden waargenomen. Ze deed het bericht over een invasie af als een gerucht.

De Rwandese regering uitte vorige week scherpe kritiek op de VN omdat de ontwapening van voormalige Hutu-rebellen in Congo volgens haar veel te langzaam verloopt en waarschuwde dat zij het grote buurland opnieuw binnen zou kunnen vallen om de ontwapening zelf ter hand te nemen. Een deel van de voormalige Hutu-rebellen in Congo is verantwoordelijk voor de Rwandese genocide van 1994, waarbij een half miljoen mensen omkwamen. Rwanda is onder andere om die rebellen te bestrijden Congo al twee keer eerder binnengevallen, in 1996 en in 1998. De laatste keer bleek de inval het begin van een vijf jaar durende oorlog in de regio.

De speciale gezant van Rwanda, Richard Sezibera, wilde bevestigen noch ontkennen dat Rwandese troepen Congo zijn binnengevallen. Op directe vragen over de berichten van journalisten in de Rwandese hoofdstad Kigali zei hij: „Ik ga niet in op geruchten, dingen die mensen hebben gezien of insinuaties.” Hij zei echter wel dat Rwanda alles zal doen om zijn grenzen en zijn bevolking te beschermen.