Nigeriaanse yoghurt uit Friese fabriek
Vijf containers vormen in Drachten een complete zuivelfabriek om yoghurt te maken. Binnenkort gaan ze naar Nigeria, alwaar FrieslandCampina de melkveehouderij wil professionaliseren.
Al vele jaren produceert zuivelconcern FrieslandCampina ook buiten de eigen landsgrenzen. In eerste instantie ontstonden de contacten door het exporteren van Nederlandse producten. Gaandeweg investeert het bedrijf, mede omdat de betreffende landen dat vaker eisen, ook in het opzetten van een zuivelketen ter plaatse.
Volgens Jeroen Elfers, de directeur verantwoordelijk voor deze tak binnen de coöperatie, is dat ook een logische stap. Er zijn intussen tien landen waar de lokale productie sterk wordt geprofessionaliseerd. „Zo ook Nigeria, een land waar we al 64 jaar actief zijn.”
Woensdag presenteerde de onderneming een nieuwe investering in het Afrikaanse land: een mobiele yoghurtfabriek. Vijf geschakelde containers herbergen een complete productiefaciliteit voor het maken van lang houdbare yoghurt. Het geheel werd getoond in Drachten, in aanwezigheid van de Nigeriaanse ambassadeur.
Eigen fabriek
Sinds 1974 heeft FrieslandCampina een eigen zuivelfabriek in Nigeria. In 2020 nam het bedrijf collega Nutricima over en kreeg daarmee een tweede verwerkingslocatie in het zuidwesten van het land.
Als de verscheping van de containers goed gaat en de plaatselijke autoriteiten hun goedkeuring geven, kan de mobiele fabriek begin volgend jaar draaien in het noordoosten van het land.
De fabriek start met de verwerking van 1,8 miljoen kilo melk en kan daarvan meer dan 18 miljoen zakjes drinkyoghurt per jaar maken.
Dagelijks moet vijfduizend kilo melk worden aangevoerd met tankauto’s, vanaf ontvangststations. De verwerkingscapaciteit is door de mobiele opzet snel op te schalen: dan komen er gewoon een paar containers extra. Energie moet vooral worden opgewekt met zonnepanelen en windmolens.
De fabriek van vijf geschakelde containers is gebouwd door Scherjon Dairy Equipment en Onesto Construction in respectievelijk Surhuisterveen en Drachten. FrieslandCampina verwacht in 2022 nog een dergelijke fabriek voor Nigeria te maken, zegt directievoorzitter Hein Schumacher. De productietijd is ongeveer negen maanden. „We hopen dat we met deze techniek snel de lokale productie kunnen laten groeien.”
Nigeria heeft een groot gebied met veel melkveehouders met een kleine veestapel, van hooguit tien koeien. In verschillende delen van het land zijn de klimatologische omstandigheden zeer geschikt voor melkproductie.
Probleem
De verwerking van die melk tot lang houdbare producten is echter nog een probleem. Om de plaatselijke boeren te ondersteunen met het opzetten van een meer toekomstbestendige melkveehouderij werkt FrieslandCampina op verschillende terreinen met hen samen. Ze krijgen trainingen op het gebied van veevoeding, gezondheid, productie, vruchtbaarheid en financiële diensten.
Voor de nabije toekomst is verbetering en vergroting van de voedselvoorziening van zeer groot belang, gaf ook de ambassadeur aan. Nigeria heeft nu tweehonderd miljoen inwoners en verwacht dat dit aantal de komende decennia verdubbelt.
Investeringen
Om te zorgen voor meer voedselzekerheid en -kwaliteit voor de plaatselijke bevolking eist de Nigeriaanse overheid dat buitenlandse bedrijven die nu voedsel exporteren naar het land, ook investeren in de plaatselijke productie.
Overigens gaat FrieslandCampina niet alleen de melk verwerken van de lokale (kleinere) boeren. Het bedrijf is ook in gesprek met grotere commerciële partijen ter plekke voor de levering van melk.
Koninklijke FrieslandCampina heeft een jaaromzet van 11,1 miljard euro en is actief in een groot aantal Europese landen, in Azië en in Afrika, via eigen dochterondernemingen. Het bedrijf exporteert zuivelproducten vanuit Nederland naar meer dan honderd landen.
De coöperatie heeft vestigingen in 38 landen, met ruim 23.000 medewerkers. Er zijn bijna 17.000 ledenmelkveehouders in Nederland, Duitsland en België.