Staat moet uitspraken over advocaat Moszkowicz rectificeren
De Nederlandse staat moet een rectificatie in twee kranten plaatsen over uitlatingen die tijdens een rechtszaak zijn gedaan over advocaat Yehudi Moszkowicz. De officier van justitie wekte tijdens een zitting in de rechtbank in Amsterdam de suggestie dat de advocaat deel uitmaakt van een criminele organisatie. Moszkowicz spande een kort geding aan over deze aantijgingen, de rechter in Den Haag gaf hem donderdag gelijk.
Volgens de rechter zijn met de beschuldigingen de eer en goede naam van Moszkowicz aangetast. De rectificatie moet binnen vijf dagen in het Algemeen Dagblad en Het Parool verschijnen.
De officier van justitie uitte tijdens een voorbereidende zitting afgelopen augustus twijfels en zorgen omdat beide verdachten in de strafzaak - die over drugs ging - zich door dezelfde advocaat lieten bijstaan. Hij zei ook dat het „algemeen gebruikelijk is dat een criminele organisatie een juridische afdeling heeft” en dat het „in het belang van de achterliggende organisatie handig is om één advocaat te hebben die beide verdachten verdedigt”.
De rechter in kort geding zegt daarover: „Hoewel de officier van justitie daarmee mogelijk slechts heeft bedoeld te zeggen dat een criminele organisatie verdachten advies geeft om zich te laten bijstaan door dezelfde advocaat en hij daarmee niet heeft willen suggereren dat de advocaat zelf ook lid is van die criminele organisatie, kan die suggestie bij de toehoorder wel gemakkelijk zijn gewekt.” De rechter vindt dat de officier „voorzichtiger” had moeten zijn in zijn uitspraken.
Moszkowicz was die bewuste zitting zelf niet aanwezig en hoorde later via een journalist wat er gezegd was. Vilein, noemt hij dat. „Het vertrouwen in de advocatuur wordt met de uiting hard geraakt”, zegt hij. „Het gebeurt steeds vaker en het gaat van kwaad tot erger. Kennelijk als uiting van frustratie in verband met de verhuftering die Nederland overspoelt. Maar deze verhuftering richting de advocatuur moet stoppen. Het respect moet teruggebracht worden in de rechtszaal. Ook het respect voor de advocatuur en in het bijzonder de strafrechtadvocatuur.”