„In het toekomende zal Jakob wortelen schieten, Israël zal bloeien en groeien; en zij zullen de wereld met inkomsten vervullen.” 
„De Heere der heirscharen (zegt Jesaja 19:25) zal ze zegenen, zeggende: Gezegend zij Mijn volk, de Egyptenaren, en de Assyriërs, het werk Mijner handen, en Israël, Mijn erfdeel”, zegt Jesaja 19:25.

En Jesaja 27:6: „In het toekomende zal Jakob wortelen schieten, Israël zal bloeien en groeien; en zij zullen de wereld met inkomsten vervullen.” Hierop zinspeelt weer Romeinen 11:17-18. En Jesaja 29:22-24: „Daarom zegt de Heere, Die Abraham verlost heeft, tot het huis van Jakob alzo: Jakob zal nu niet meer beschaamd worden, en nu zal zijn aangezicht niet meer bleek worden. Want als hij zijn kinderen, het werk van Mijn handen, zien zal in het midden van hem, zullen zij Mijn Naam heiligen; en zij zullen de Heilige Jakobs heiligen, en de God van Israël vrezen. En die dwalende van geest zijn, zullen tot verstand komen, en de murmureerders zullen de lering aannemen.”

En Jesaja 59:20: „En er zal een Verlosser tot Sion komen, namelijk voor hen, die zich bekeren van de overtreding in Jakob, spreekt de Heere” (Romeinen 11:26).

In Jeremia 31:31-34 belooft de Heere niet alleen een nieuw verbond met het huis Israëls en het huis van Juda te zullen maken, en Zijn wet in haar hart te schrijven, en haar zonden niet meer te gedenken, maar ook de stad Jeruzalem te zullen laten herbouwen (Jeremia 38, 39, 40).

Johannes Bierman, 
predikant te Boetzelaar

(”De prophetie van Hosea verklaard”, 1702)