„We blijven hier tot de overwinning”
Joelija Toemasj staat vannacht achter de geluidsinstallatie. Hoe sneller de muziek hoe beter, vinden de verkleumde bewoners van het tentenkamp in hartje Kiev. Ze zijn met duizenden en zweren pas weg te gaan als hun favoriet, oppositieleider Viktor Joesjtsjenko, tot winnaar van de presidentsverkiezingen wordt uitgeroepen.
Het sneeuwt al dagen in de Oekraïense hoofdstad en de temperatuur lijkt iedere dag verder te dalen. Woensdag vroor het zeven graden in Kiev, de dagen zijn kort, de nachten lang en donker. Maar hoewel het lijkt alsof de autoriteiten zelfs de weersomstandigheden mee hebben, willen de demonstranten van geen wijken weten. Iedere bewoner van het tentenkamp heeft zijn eigen manier om warm te blijven. De een danst op de muziek van Toemasj, een ander trekt zich even terug in het uit Sovjettijden daterende cultureel centrum bij het Onafhankelijkheidsplein om op te warmen.
„We blijven hier tot het einde. Tot de overwinning”, zegt de 18-jarige student Vitali Perepilitsja, die zijn tentje deelt met een vriendin. Het tweepersoonstentje is een van de duizenden op de hoofdstraat van Kiev. De gewoonlijk met auto’s gevulde verkeersader is veranderd in een gigantisch kampeerterrein, een symbool van de woede en de frustratie die veel Oekraïners voelen over het beleid van de huidige regering van premier Viktor Janoekovitsj en de al tien jaar zittende president Leonid Koetsjma, die achter hem staat.
Volgens de demonstranten in het centrum van Kiev kan maar één man een einde maken aan de wijdverbreide corruptie in het land, aan de drift van Rusland om Oekraïne te overheersen. Iedere minuut van de dag wordt zijn naam wel ergens in het kamp gescandeerd, de bewoners begroeten elkaar er zelfs mee: „Joesjtsjenko, Joesjtsjenko.” Alleen hij kan Oekraïne toegang verschaffen tot westerse organisaties zoals de NAVO en de Europese Unie, zeggen zij.
Joesjtsjenko zelf heeft de kampeerders herhaaldelijk opgeroepen te blijven protesteren. Hij noemt de demonstranten zijn helden omdat velen nu al drie nachten de vrieskou trotseren. Als de zon verdwijnt en de kou het hevigst wordt, komt het kamp pas echt tot leven. Dan klinkt van overal muziek en trekken jongeren van tent tot tent, terwijl ze de naam van hun held scanderen.
De mensen die de kou niet meer kunnen verdragen, verdwijnen in de voetgangerstunnel onder de straat, waar ze samen patriottische liederen zingen en warm bier drinken. Anderen gaan naar het Oekraïens Huis, het cultureel centrum bij het Onafhankelijkheidsplein, dat is ingenomen door de oppositie. Op de bovenste verdiepingen van het centrum hebben demonstranten matrassen en dekens neergelegd zodat mensen er wat slaap kunnen inhalen.
Op de lagere etages van het gebouw delen vrijwilligers gedoneerde jassen en mutsen uit. Ook laden ze mobiele telefoons op en zoeken ze naar mensen die willen helpen de groeiende afvalberg rond het tentenkamp te helpen schoonmaken. Daarnaast houden ze lijsten bij met honderden adressen van inwoners van Kiev die gratis kamers aanbieden aan demonstranten die uit andere delen van het land zijn overgekomen.
In het tentenkamp lopen de in Joesjtsjenko’s oranje poncho’s gehulde vrijwilligers van tent naar tent om snoep, sigaretten, thee en etenswaren uit te delen. De 68-jarige Tamara Solona brengt zelfgemaakte soep aan de demonstranten. Ze zegt iedere dag terug te komen met een nieuwe maaltijd om zo een bijdrage te leveren aan het protest.
Maar de 20-jarige Nadjezjda Bevz geeft aan dat het soms heel moeilijk is om door te gaan. „We zijn allemaal ziek”, zegt ze. In de nacht van woensdag op donderdag moest ze naar de eerstehulp-post omdat ze haar voeten niet meer voelde. Ze waren gelukkig nog net niet bevroren, maar de demonstrante zegt sindsdien voortdurend te rillen van de kou.
Toch wil niemand weg uit het kamp, er komen eerder nog mensen bij. De gepensioneerde Mykola Rasnenko zei dat hij was gekomen toen hij hoorde dat het kamp wellicht zou worden opgebroken. „Ik heb mijn boterham aan de kant gelegd, mijn tent gepakt en ben hierheen gekomen”, zegt hij. „Nu blijf ik.”