Akkoord cao middelbaar onderwijs, maar bond wil meer geld zien
Na maanden onderhandelen hebben onderwijsbonden en werkgevers in het voortgezet onderwijs een akkoord bereikt over een nieuwe cao, maakte de Algemene Onderwijsbond (AOb) bekend. Maar om de problemen in het middelbaar onderwijs structureel aan te pakken is volgens de AOb veel meer geld nodig. „Als er geen investeringen komen gaan we actie voeren”, zegt AOb-bestuurder Jelmer Evers.
Overeengekomen is dat werknemers een structurele loonsverhoging krijgen van 1,8 procent. De loonsverhoging wordt met terugwerkende kracht uitgekeerd vanaf 1 januari dit jaar. Daarnaast ontvangt elke werknemer een eenmalige uitkering van 800 euro. De cao loopt tot het eind van dit jaar.
Volgens Evers is er vooral voor het aanpakken van de werkdruk meer geld nodig. „Er moet bijvoorbeeld echt dringend geld komen om de klassen te verkleinen, het aantal lesuren te verlagen en voor betere begeleiding en professionalisering”, zegt de vakbondsman.
De reden dat er nu een onderhandelaarsakkoord is bereikt is volgens de AOb dat werknemers al veel te lang op een loonsverhoging moesten wachten. „De energiekosten stijgen, de inflatie ook, de dure feestdagen staan voor de deur: er moest iets gebeuren”, stelt Evers.
Eerder deze week maakte de AOb ook al bekend dat er een cao-akkoord was bereikt voor het basisonderwijs. Alle medewerkers in het primair onderwijs krijgen er met terugwerkende kracht vanaf 1 januari dit jaar 2,25 procent bij.