Vanwege onder meer een grote Russische cyberaanval en pogingen de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2020 te beïnvloeden, besloten de VS in april tien medewerkers van de Russische ambassade in Washington uit te wijzen en kondigden ze ook andere strafmaatregelen af. Moskou reageerde door tien Amerikaanse diplomaten uit te wijzen en acht Amerikanen op een sanctielijst te zetten. Eerder waren er al wederzijdse uitwijzingen als gevolg van de gifaanval op de voormalige Russische dubbelspion Sergej Skripal en zijn dochter.

Rjabkov zei eerder op de dag dat er geen doorbraak was te melden. „Onze standpunten zijn niet verenigbaar. De Amerikanen luisteren niet naar onze logica, onze eisen. Maar het gesprek was niettemin nuttig.” De Russische regering wil de spanningen niet verder laten oplopen, maar zal niet aarzelen eventuele „vijandige” Amerikaanse stappen te vergelden, aldus het buitenlanddepartement.

Nuland had van Moskou toestemming gekregen drie dagen met Russische functionarissen te praten, ondanks dat ze op een sanctielijst staat. Washington gaf in ruil een visum aan Konstantin Vorontsov, een Russische diplomaat die zich bezighoudt met ontwapeningsbesprekingen.

Rjabkov noemde als belangrijkste gespreksonderwerpen visa en consulaire betrekkingen, die in een een diep dal verkeren door de wederzijdse uitwijzingen. Nuland had als voornaamste thema het aangaan van „stabiele en voorspelbare” betrekkingen tussen de twee landen aangewezen. „Ik ben blij weer in Rusland te zijn om me bezig te houden met onze bilaterale betrekkingen te regelen”, zei ze na haar ontmoeting met Rjabkov.

Moskou en Washington staan ​​tegenover elkaar in een serie kwesties, waaronder de Russische annexatie van de Krim, internationale crises, bemoeienis met verkiezingen, cyberaanvallen en spionage. De twee kernmachten proberen hun dialoog over onderwerpen van gemeenschappelijk belang op gang te brengen. Eind september spraken ze in Genève over onder meer wapenbeheersing.