Japanse beurs hard onderuit door inflatiezorgen
De aandelenbeurs in Tokio is dinsdag hard onderuit gegaan. Een sterke stijging van de olieprijzen wakkerde de inflatiezorgen verder aan. Beleggers lijken er steeds minder van overtuigd dat de stijging van het algemene prijspeil slechts een tijdelijk fenomeen is, zoals de centrale bankiers verwachten. Ook een voorstel van de nieuwe Japanse premier Fumio Kishida om de belasting op de winst die gemaakt wordt bij de verkoop van onroerend goed of aandelen te verhogen, zorgde voor koersdruk.
De Japanse hoofdindex, de Nikkei 225, eindigde uiteindelijk 2,2 procent lager op 27.822,12 punten. Uit gegevens van Jibun Bank bleek dat de activiteit in de Japanse dienstensector in september voor de twintigste maand op rij is gekrompen. Fast Retailing, een zwaargewicht in de Nikkei, kelderde bijna 7 procent. De Japanse eigenaar van kledingketen Uniqlo zag de verkopen afgelopen maand met bijna 20 procent dalen. Ook de techbedrijven stonden onder druk in navolging van de zware koersverliezen bij Amerikaanse sectorgenoten. Techinvesteerder SoftBank zakte 4 procent.
De beurs in Shanghai bleef dicht vanwege een lange vakantieperiode in China. In Hongkong noteerde de Hang Seng-index tussentijds 0,1 procent in de min. De handel in het aandeel Evergrande ligt nog altijd stil. Maandag werd de handel onderbroken in afwachting van belangrijk nieuws rond het financieel geplaagde concern. Volgens Chinese staatsmedia zou het Chinese vastgoedconcern Hopson Development een meerderheidsbelang willen nemen in de vastgoeddivisie van Evergrande.
De schuldproblemen van Evergrande lijken inmiddels ook over te slaan naar andere Chinese vastgoedbedrijven. Kredietbureau Fitch verlaagde zijn rating voor Fantasia. Dat Chinese vastgoedconcern miste een rentebetaling op een obligatie. S&P Global Ratings schroefde daarnaast de kredietrating voor branchegenoot Sinic Holdings terug. De handel in het aandeel Sinic ligt al sinds 20 september stil en in Fantasia kan sinds 9 september niet meer worden gehandeld.
In Sydney daalde de All Ordinaries 0,4 procent. Beleggers verwerkten het besluit van de Australische centrale bank om de rente onveranderd te laten. De Australische oliebedrijven wonnen terrein na het besluit van oliekartel OPEC en zijn bondgenoten om vast te houden aan de bestaande plannen voor een geleidelijke verhoging van de olieproductie. De olieprijzen, evenals de prijzen voor gas en benzine, zijn de afgelopen tijd fors opgelopen.