Binnenland

Passie voor het maken van een lange Goudse pijp

Eeuwen geleden, in 1749, telde Gouda 349 pijpenmakerijen. Daar is er niet één meer van over. Dick van Maanen (84) is een van de laatsten die nog als hobby pijpen maakt.

30 September 2021 14:30
Dick van Maanen is een van de laatste pijpenmakers van Gouda. beeld Henk Bouwman
Dick van Maanen is een van de laatste pijpenmakers van Gouda. beeld Henk Bouwman

Kaas, stroopwafels en kaarsen zijn bekende Goudse producten. Maar ook de pijpen mogen er zijn. Witte pijpen met lange, dunne stelen.

De pijpen kennen een lange historie, zegt Van Maanen. In 1617 stichtte een Engelsman die tegen de Spanjaarden vocht in Gouda de eerste pijpenmakerij. „Hij werkte met witte, Engelse klei. Later kwam de klei uit Noord-Frankrijk en Duitsland. De Hollandse klei bevat ijzer, waardoor er rode vlekjes op de pijpen ontstaan. Een kwaliteitskenmerk van een kleipijp is dat hij mooi wit is.” De pijpen hebben een dunne steel van soms maar liefst 80 centimeter. „In de winter schaatsten vroeger mensen uit de hele omtrek naar Gouda. Ze kochten er een pijp om te bewijzen dat ze echt in Gouda waren geweest. De kunst was om hem heelhuids naar huis te brengen. Het gebeurde wel dat een Rotterdammer vlak bij huis viel en thuis kwam met een kapotte pijp.”

Van Maanen begon in 2006 in de Waag in Gouda met het geven van demonstraties met pijpen maken. Hij leerde het vak van de laatste professionele pijpenmaker. Sinds enkele jaren doet hij het bij het bedrijf Ambachtelijk Gouda, waar met enige regelmaat touringcars vol bezoekers komen. „Ik vertel verhalen over het pijpen maken. Ook laat ik zien hoe ik van een klompje klei de basisvorm van de pijp maak. De pijp droogt ongeveer een week en wordt vervolgens gebakken met 1040 graden Celsius.” Tot een aantal jaar gelden waren er in meerdere steden wedstrijden tussen rokers. De bedoeling was om een Goudse pijp zo lang mogelijk aan te houden. Tegenwoordig worden deze wedstrijden alleen nog in Dordrecht gehouden.

Hoewel er vrijwel geen pijpenmakers meer zijn, is Van Maanen niet bang dat het vak uitsterft. „Ik heb iemand die ongeveer veertig jaar oud is nu nog het vak geleerd. Er is dus nog opvolging.”

Dit is het eerste deel in een serie over ”Aan het werk”, het thema van de Maand van de Geschiedenis.

Lees ook:
Opperste concentratie bij het glasblazen
Daniël (23) geniet van ambachtelijk klompen maken

Meer over
Achterkrant

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer