„Schuldverlichting Irak vooral goed voor IMF”
Critici waarschuwen dat kwijtschelding van een groot deel van de Iraakse schulden het land opzadelt met een loodzwaar economisch programma. De Irakezen dreigen bovendien de beslissingsmacht hierover kwijt te raken aan het Internationaal Monetair Fonds (IMF).
De Club van Parijs, een forum van openbare schuldeisers, besliste dit weekend om zo’n 33 miljard dollar aan Iraakse schulden kwijt te schelden. Maar die beslissing wordt niet overal even enthousiast onthaald. Vooral de manier waarop de schuldverlichting moet gebeuren, ligt onder vuur.
Van Iraks totale bilaterale schuld van ruim 30 miljard euro wil de Club van Parijs op korte termijn 30 procent schrappen. Een tweede schijf van 30 procent schuldkwijtschelding wordt gekoppeld aan de aanvaarding van een economisch programma dat door het IMF wordt opgesteld. Nog eens 20 procent van de bilaterale schuld wordt pas kwijtgescholden als het IMF van oordeel is dat het economische programma zijn vruchten heeft afgeworpen.
Het netwerk ”50 Years Is Enough”, een Amerikaanse niet-gouvernementele organisatie (ngo) die opkomt voor „globale economische gerechtigheid”, juicht de schuldverlichting toe, maar hekelt de rol van het IMF. De ngo staat sowieso kritisch tegenover de economische maatregelen die het IMF aan arme landen oplegt. Die zouden vooral lokale elites en multinationals bevoordelen en de armen uitsluiten. In het verleden lagen economische programma’s van het IMF in ontwikkelingslanden wel vaker onder vuur omdat ze de beslissingsmacht weghaalden bij de plaatselijke regering en leidden tot zware besparingen in gevoelige sectoren zoals gezondheidszorg en onderwijs.
Ook de Iraakse Nationale Assemblee heeft kritiek op de koppeling van het schuldverlichtingsprogramma met het IMF. In een verklaring liet de assemblee weten dat „de Club van Parijs het recht niet heeft om beslissingen te nemen en de voorwaarden van het IMF op te leggen aan Irak.” Volgens de assemblee moet Irak de oude schulden niet erkennen en de schuldeisers een arbitrage voorstellen. Alleen wanneer de leningen aan het regime van de vorige president Saddam Hussein ook het Iraakse volk ten goede zijn gekomen, zouden ze gehonoreerd kunnen worden.
De ruim 30 miljard euro bilaterale schulden van Irak vormen slechts eenderde van de totale Iraakse schuld van ruim 92 miljard euro. In dat duizelingwekkende bedrag zijn bijna 23 miljard euro aan herstelwerkzaamheden na de Golfoorlog, en de bijna 64 miljard euro aan claims van meer dan een dozijn landen niet eens meegerekend.
Het nieuwe schuldverlichtingsprogramma, een overeenkomst tussen de Iraakse interim-regering van premier Allawi en de negentien landen van de Club van Parijs, kwam er op aandringen van de VS. Washington had gehoopt 95 procent van Iraks bilaterale schulden te kunnen kwijtschelden, terwijl Europese landen aanvankelijk maar tot de helft bereid waren. De verlichting van 80 procent van de schulden is een compromis tussen die twee standpunten. Rusland, met nog 6,8 miljard euro te goed, is Iraks grootste schuldeiser binnen de Club van Rome, gevolgd door Japan (3,1 miljard euro) en Frankrijk (2,2 miljard euro).
De Iraakse premier Allawi noemde de schuldkwijtschelding door de Club van Parijs onvoldoende. „Hoewel onze schuldenlast wezenlijk kleiner wordt, blijft hij enorm groot. We hopen dat de landen van de Club van Parijs verdere schuldverlichting zullen overwegen.” Allawi riep Arabische landen ertoe op het voorbeeld van de Club van Parijs te volgen. Iraks buurlanden Saudi-Arabië en Koeweit hadden zich eerder al bereid getoond een deel van de Iraakse schulden kwijt te schelden.