Oliefondsen flink omhoog en techfondsen omlaag op Wall Street
Grote olie- en gasmaatschappijen werden maandag flink meer waard op de beurs in New York. Door de verder gestegen olieprijzen waren de aandelen in trek bij beleggers op Wall Street. Techbedrijven verloren juist aan beurswaarde als gevolg van de oplopende rentes op de financiële markten.
Bedrijven als Chevron, ExxonMobil, ConocoPhillips, Marathon Oil en Occidental Petroleum tekenden plussen tot meer dan 7 procent op. De oliedienstverleners Halliburton, Schlumberger en Transocean gingen tot bijna 14 procent vooruit. Machinebouwer Caterpillar, die veel producten levert aan de grondstoffensector, klom afgerond 2 procent.
De olieprijzen lopen inmiddels al dagen op. Maandag werd een vat Amerikaanse olie zo’n 2 procent duurder, op 75,44 dollar per vat. Voor Brentolie moest 79,41 dollar neergeteld worden, goed voor een toename van 1,7 procent.
Bij de techfondsen op Wall Street gingen de zaken minder, met minnen tot ongeveer 2 procent voor zwaarwegende bedrijven als Amazon, Apple, Microsoft en Google-moeder Alphabet. Dit komt omdat de oplopende rente als ongunstig wordt beschouwd voor hun winstgevendheid. Daarentegen is de hogere rente voor banken juist goed nieuws. In de financiële sector waren dan ook plussen te zien. Zo stegen de grote banken JPMorgan Chase, Citigroup, Bank of America en Goldman Sachs tot een kleine 3 procent.
De grote bank Wells Fargo leverde wel bijna 1 procent in. Het financiële concern heeft ermee ingestemd om 37 miljoen dollar te betalen voor een schikking. Wells Fargo zou bij klanten namelijk te veel in rekening hebben gebracht voor valutadiensten.
De oplopende rente hangt samen met opmerkingen van de Federal Reserve van vorige week. Voorzitter Jerome Powell gaf toen te kennen dat de wegens de coronacrisis ingevoerde stimuleringsmaatregelen vanaf november kunnen worden afgebouwd, omdat de Amerikaanse economie sterk herstelt.
Maandag was de Fed eveneens in het nieuws, maar dan omdat de centralebankhoofden van de Fed in Boston en Dallas hun vertrek aankondigden. Zij waren eerder deze maand in opspraak geraakt vanwege ongebruikelijke vastgoedtransacties. Daarbij waren geen ethische regels overtreden. Maar de kwestie zorgde wel voor ophef.
De belangrijkste beursgraadmeters sloten gemengd. De Dow-Jonesindex eindigde 0,2 procent hoger op 34.869,37 punten. De breed samengestelde S&P 500 daalde 0,3 procent tot 4443,11 punten en technologiegraadmeter Nasdaq verloor 0,5 procent op 14.969,97 punten. De euro was verder 1,1698 dollar waard tegen 1,1702 dollar bij het slot van de Europese beurzen eerder op de dag.