Maak van onderkomen Tweede Kamer een democratiekwartier
De nieuwe werkomgeving van de Tweede Kamer voelt nog bepaald niet als het kloppend (donor)hart van de parlementaire democratie. De Tweede Kamer kan nog wat leren van het Oostenrijkse parlement, dat in zijn tijdelijk onderkomen de democratische rechtstaat in de etalage zet.
Twee weken nu vergadert de Tweede Kamer in zijn nieuwe onderkomen op Bezuidenhoutseweg 67 – in de wandelgangen kortweg B67. Een benaming die, het is al gezegd, eerder doet denken aan een gevangeniscomplex dan aan een paleis voor de volksvertegenwoordiging. De ligging helpt ook niet mee. B67 mist elke vorm van allure die historische parlementsgebouwen kenmerkt. Geen groot plein of lange allee voor de deur, geen imposante voorgevel met bordes, evenmin fraai gelegen op een heuvel of aan de oever van een rivier. De omgeving van het tijdelijke Kamergebouw, weggestopt achter hoogbouw, draagt bepaald nog niet bij aan het gevoel van een kloppend (donor)hart van de parlementaire democratie.
Zo groot als de ophef over het vertrek van het Binnenhof de afgelopen jaren is geweest, zo stil is het daarover nu. In de media ging het vorige week vooral over het ‘plaatje’ van de plenaire zaal zoals dat op tv en tablet binnenkomt, met gemengde waardering voor het aarden kunstwerk op de achterwand en het hoogpolig tapijt. Nu fysiek bezoek aan de Kamer echter weer mogelijk is, de eerste schoolklassen en demonstranten zich hebben aangediend, wordt het zaak aandacht te besteden aan de manier waarop de volksvertegenwoordiging zich in haar nieuwe ruimte presenteert.
Hofburg
Hier kan de Tweede Kamer nog wat leren van het Oostenrijkse parlement, dat vanwege een grootscheepse renovatie sinds 2017 in de Hofburg huist. Het Oostenrijkse parlement is erin geslaagd een verhaal te verbinden aan de verhuizing en het tijdelijke onderkomen – nota bene in het keizerlijk bolwerk, toonbeeld van absolutisme. Het ”DemokratieQuartier”, zoals de tijdelijke stek wordt genoemd, is subtiel gepresenteerd als een democratische invasie in het bolwerk van de oude macht. De aanwezigheid van het parlement in het hart van Wenen en de Republiek als statement voor de democratie.
Via rondleidingen en pop-uptentoonstellingen krijgen bezoekers informatie over de verbouwing en over de werking en de geschiedenis van de Oostenrijkse parlementaire democratie. Om het belang van het vreedzame woord voor democratie en rechtstaat tot uitdrukking te brengen, zijn op verschillende plaatsen tekstdoeken aangebracht: fragmenten uit de Oostenrijkse grondwet, aangevuld met kernpassages uit internationale mensenrechtenverdragen zoals de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en het mensenrechtencharter van de EU. De kracht zit in de eenduidigheid van de presentatie: hier presenteert zich een democratische rechtstaat, niet de afzonderlijke instituties die daarin een rol hebben. Een cynische conclusie zou zijn dat het Oostenrijkse parlement vooral heeft geïnvesteerd in ”window dressing”. De tegenvraag zou luiden: kan het moderne politieke bedrijf nog zonder?
Buren
Iets vergelijkbaars realiseren in een stationsgebied is een serieuze uitdaging. Terecht heeft voorlichtingscentrum ProDemos vlakbij een dependance geopend, maar dat kan nog veel zichtbaarder. Andere nieuwe buren nodigen uit tot verrassende partnerschappen. Met het Nationaal Archief (Acte van Verlatinghe!) en de Koninklijke Bibliotheek (titels van Thorbecke tot Fortuyn) zijn eenvoudig projecten te bedenken. Het hoger onderwijs ligt met Campus Den Haag voor de deur. En waarom niet ook iets bedenken met het kinderboekenmuseum? Aan de hand van Annie M. G. Schmidt zijn er prachtige verhalen te vertellen over sociale verhoudingen, macht, regels en inspraak.
Noem het naar Oostenrijks voorbeeld ”democratiekwartier”, of schrijf een wedstrijd uit voor een meer Haagse naam. Minstens één generatie leerlingen en studenten zal niet beter weten dan dat hier de Tweede Kamer huist. Dat verdient een zelfbewuster gebruik van de omgeving en een beter visueel verhaal dan op dit moment wordt gepresenteerd.
De auteur is politiek historica, werkzaam aan de Radboud Universiteit.