Mens & samenleving

Webshop bij tiener razend populair

Tieners beginnen steeds vaker een webshop, blijkt uit cijfers van de Kamer van Koophandel. Wat motiveert ondernemende jongeren om een digitale winkel te openen?

Arien van Ginkel
6 September 2021 18:18
Louise Harkes (18) en Lidewey Schipaanboord (17) van kledingwebshop Novemberstore startten begin dit jaar een onderneming en werken aan hun bekendheid op Instagram. beeld RD, Henk Visscher
Louise Harkes (18) en Lidewey Schipaanboord (17) van kledingwebshop Novemberstore startten begin dit jaar een onderneming en werken aan hun bekendheid op Instagram. beeld RD, Henk Visscher

Voor vaardige tieners is het een paar uur knutselen, dan is-ie er: een vitrine op het wereldwijde web. Een onlinewinkel waar ze al hun koopwaar kunnen uitstallen. Zichtbaar voor iedereen die de winkel op internet weet te vinden. Miljarden mensen zijn slechts een muisklik verwijderd van een aankoop in hun webshop.

In het kielzog van webshopreuzen als bol.com telt Nederland nog ruim 67.000 andere webshops, becijferde het CBS in het tweede kwartaal van dit jaar. Verreweg de meeste van die websites worden gerund door particulieren. Vaak jonge mensen, soms zelfs tieners. „De digitale wereld ligt aan hun voeten”, ziet Jessica van El, adviseur bij de Kamer van Koophandel. „Jongeren zijn snel en handig in de onlinewereld en maken slim gebruik van sociale media. Ze worden geïnspireerd door succesvolle influencers.”

17460041.JPG
beeld RD

De potentie van een webshop, in combinatie met het gemak waarmee die is op te zetten, verleidt steeds meer jongeren om een eigen winkel te starten. Wat ook meespeelt, volgens de tieners die het Reformatorisch Dagblad voor dit artikel sprak: een webshop bijhouden is voor hen een zinvolle tijdsbesteding. De kunst van het ondernemen kijken ze via sociale media af bij leeftijdsgenoten die ook een webshop runnen.

De relatief nieuwe ondernemerstrend is ook in de reformatorische gezindte zichtbaar. De 14-jarige Rilana de Jonge bedrukt kussens aan de keukentafel, Rhodé van Broekhoven (16) maakt in haar eigen kantoor TikTokvideo’s om haar telefoonhoesjes aan de man te brengen en de beginnende bedrijfskundestudenten Louise Harkes (18) en haar compagnon Lidewey Schipaanboord (17) dromen inmiddels van een eigen offline kledingwinkel.

Opdruk

In Rotterdam zit Rilana voorovergebogen aan de keukentafel van haar ouderlijk huis. Haar oma heeft voor een vriendin een kussen met opdruk in Rilana’s webshop besteld. Het effen kussen, dat de onderneemster per fiets bij de IKEA heeft gehaald, ligt klaar op tafel om bedrukt te worden. De ogen van de 14-jarige onderneemster zijn gericht op het scherm van de laptop die midden op tafel staat. In een app ontwerpt ze de tekst die op het kussen moet verschijnen; Psalm 121:2 in de Statenvertaling: „Mijn hulp is van de HEERE, Die hemel en aarde gemaakt heeft.”

De vwo-leerling van het Wartburg College, locatie Guido de Brès, is niet snel tevreden met haar ontwerp. De frase ”mijn hulp is van de HEERE” toont met lettertype Georgia Belle net te los. Lazy Sunday dan? Nee, net te dun. Ook na nog tien lettertypes is Rilana niet tevreden. „Het moet gewoon helemaal kloppen.” Ze schakelt over naar een andere tactiek, en probeert eerst het tweede gedeelte van de zin vorm te geven. Lettertype Boarding wordt het, besluit ze al snel. „Mooi en rustig.” Het lettertype van deel één van de zin is nu ook snel gevonden. „Yes, dit is het gewoon.”

17460036.JPG
Rilana de Jong 14 uit Rotterdam van creabyrilaan.nl bedrukt mutsjes, rompers en kussens. beeld RD, Henk Visscher

De printopdracht verstuurt Rilana met bluetooth naar de knalroze Silhouette Cameo 4 die naast haar laptop op de keukentafel staat. De printer slikt een stuk tweelaags folie in en tekent dan met een vlijmscherp mesje de letters uit. Na dertig seconden kabaal wordt het weer stil in de keuken. Voorzichtig peutert de tiener het zwarte folie rond de letters los, zodat alleen de letters achterblijven op de doorzichtige ondergrond.

De Cricut Easy Press 2, vergelijkbaar met een strijkbout, warmt op tot 150 graden. Rilana meet uit hoe de tekst precies in het midden komt. Dan wrijft ze 15 seconden met het gloeiend hete apparaat over het folie met de letters. Dan haalt ze het folie weg, en blijven de letters achter.

De grote wijzer van de klok heeft er een rondje opzitten voordat Rilana klaar is. „Ik koop het kussen voor 5 euro en verkoop het voor 12,50 euro. Dus ik heb nu toch maar even 7,50 euro verdiend.” Dan bedenkt ze dat ze het folie dat ze kocht bij de Chinese webshop AliExpress nog bij de kosten moet optellen. En de afschrijving van haar twee machines, die honderden euro’s per stuk kostten en ook slijten. En dat ze ook nog tijd kwijt is aan het bijhouden van de boekhouding, updaten van de website en inpakken van de producten. Toch is ze tevreden over haar inkomsten. „Ik verdien per uur denk ik ongeveer net zo veel, misschien iets minder, dan leeftijdsgenoten. Zij mogen vaak nog niet eens werken als vakkenvuller of zo. En ik heb als voordeel dat ik mijn eigen tijd kan indelen en niet op zaterdagochtend vroeg meteen aan de slag moet. Bovendien is dit gewoon mijn hobby.”

Ondernemen zat er bij Rilana al vroeg in. „Toen ik zeven jaar was, verkocht ik al kaarten. Vooral aan mijn oma’s. Dat heb ik jaren gedaan. Tot een vriendin van mij op school kwam met een etui waar haar naam op stond. Haar buurvrouw bleek spullen te bedrukken. Ik dacht: dat wil ik ook, dingen maken die speciaal voor jou zijn.” Inmiddels bedrukt ze mutsjes van de Zeeman, rompers van de HEMA en snijplanken van de Wibra.

Zo’n anderhalf jaar bestaat de website van Crea by Rilaan nu. Maar voor de Kamer van Koophandel bestaat Rilana’s onderneming nog niet. „Omdat ik nog maar zo’n 140 euro per maand omzet, hoeft dat volgens mij ook niet. En ik wil mijn kosten laag houden. Inschrijven kost toch 50 euro.”

17460034.JPG
Rhodé van Broekhoven 16 uit Goedereede promoot haar zelfbedrukte telefoonhoesjes via TikTok. beeld RD, Henk Visscher

Stijl

Rhodé van Broekhoven (16) schreef haar onderneming eveneens de eerste twee jaar niet in. „Eerst wilde ik het niet, want het kost geld, en inschrijven leek me wel heel officieel.” Maar inmiddels staat haar bedrijf Musthave een jaar geregistreerd. „Via Instagram kreeg ik de tip dat je met een KVK-nummer voordelig producten kunt inkopen bij de groothandel. Bovendien hoeft je administratie met de kleineondernemersregeling niet heel ingewikkeld te zijn.”

KVK-adviseur Jessica van El kan zich voorstellen dat 50 euro veel geld is voor beginnende ondernemers, zegt ze in reactie op de verhalen van Rilana en Rhodé. „Maar als je voldoet aan de wettelijke criteria van een onderneming, te vinden op onze website, ben je verplicht jezelf in te schrijven bij de KVK. De inschrijvingskosten zijn eenmalig. Het lijkt nu een grote investering, maar als het uiteindelijk goed gaat met je bedrijf valt het wel mee.”

Rhodés kantoor is gevestigd in een monumentaal pand in de binnenstad van Goedereede. Aan de straatkant heeft haar moeder een nagelstudio. De achterste helft van de kantoorruimte heeft Rhodé gratis in gebruik van haar ouders.

Naast het bureau van Rhodé staan de sieraden uitgestald die ze al jaren verkoopt. Sieraden zijn haar passie, zegt ze. De tengere onderneemster draagt vandaag drie armbandjes, drie ringen en twee halskettingen. En een modieuze bril.

De stijgende omzet van haar bedrijf Musthave is niet te danken aan de verkoop van sieraden. Een TikTokvideo van Rhodé over telefoonhoesjes gaf de verkoopcijfers een boost. In februari besloot ze een account aan te maken op het platform om te laten zien hoe ze gepersonaliseerde telefoonhoesjes maakt, iets wat ze deed naast het verkopen van sieraden via Instagram. „Een van die video’s ging viraal”, glundert de inwoonster van Goedereede. De video werd 365.000 keer bekeken.

Sinds de veelbekeken video maken telefoonhoesjes ongeveer 70 procent van de totale omzet van haar onderneming Musthave uit, schat Rhodé. Die ene video leverde haar 3500 TikTokvolgers op. En vooral ook: een boel bestellingen. „Een dag na de video was ik door mijn voorraad telefoonhoesjes heen.”

Webshops van tieners bestaan vaak bij de gratie van sociale media. Wie het goed doet op Instagram of TikTok, ziet de verkoopcijfers door het dak schieten. Andersom is ook waar; wie minder succesvol is op sociale media, blijft onzichtbaar en verkoopt niks. En alle succes is tijdelijk, merkt Rhodé. „Je moet blijven vernieuwen en verrassen om de aandacht vast te houden.”

En daarom probeert Rhodé iedere dag opnieuw met mooie posts nieuwsgierige meiden naar haar webshop te trekken. Haar sieraden promoot ze voor haar 1935 volgers op Instagram. Naast de productfoto’s die ze publiceert maakt Rhodé ook elke dag een ‘story’ voor haar volgers. In die update geeft ze de fans van haar producten een inkijkje in haar bedrijf. „Mensen vinden het wel leuk om te zien wie er achter Musthave zit, wat er achter de schermen gebeurt. Anders is het zo onpersoonlijk.”

Dagelijks posten is niet altijd leuk, zegt Rhodé. „Als ik lekker op de bank zit, heb ik echt niet altijd zin om een Instapost te maken. Zeker niet als ik een maand heb dat mijn posts niet lopen en de bestellingen achterblijven.” Maar doorzetten is de motor van succes, meent ze. „Het enige wat ik dan kan doen is blijven posten. Voor de likes en voor de volgers. Want als je een tijd niks plaatst, gaan mensen je ontvolgen. Als je niet van je laat horen, is het net of je niet bestaat.”

Rhodé verkoopt bijna al haar producten via sociale media. „Vooral aan meiden tussen de 12 en 25 jaar. Die zijn op TikTok en Instagram heel actief en delen mijn foto’s en video’s met hun vrienden. Die mensen gaan soms naar mijn webshop om iets te bestellen. De ene week krijg ik drie bestellingen, de week daarop vijftien.”

Soms maken invloedrijke jongeren op Instagram reclame voor de producten van Rhodé. „Ik kijk welke accounts bij mijn stijl passen. Als die mensen niet alleen maar gesponsorde foto’s plaatsen, en niet worden gevolgd door fakeaccounts benader ik ze met de vraag of ik ze een van mijn producten mag opsturen in ruil voor een foto van mijn product op hun account.” Een klasgenoot met duizend volgers maakte kiekjes van zichzelf met een ketting van Rhodés bedrijf. „Zij vond het handig om een gratis sieraad te hebben, ik om haar vrienden te bereiken. Een goede deal, toch?”

Ook Sem van Dijk, de zoon van televisiepresentratrice Wendy van Dijk, promootte voor Rhodé een product van Musthave voor zijn 152.000 volgers. „Dat leverde me nieuwe volgers en bestellingen op.”

Kledingadvies

Dat jongeren via sociale media te verleiden zijn tot aankopen, weten ook Louise Harkes (18) en Lidewey Schipaanboord (17) van kledingwebshop Novemberstore. Ze zijn dit jaar begonnen met ondernemen en hun Instagramaccount telt inmiddels ruim 1600 volgers. Lidewey: „We kijken dagelijks een uur op Instagram rond. Dan plaatsen we foto’s, geven volgers kledingadvies en promoten onze collectie.”

De twee onderneemsters vroegen RD-presentatrice Caroline Schimmel om te flaneren in een jurkje van Novemberstore en een foto daarvan te publiceren op Instagram. Louise: „Caroline heeft dezelfde stijl als wij en heeft veel christelijke volgers. Haar fans zijn onze doelgroep. Als Caroline ons aanraadt bij haar volgers, werkt dat in ons voordeel.”

Wanneer Caroline een foto met een zelfgekozen gratis jurkje post, merken de twee jonge onderneemsters dat meteen. Louise: „We hadden die dag drie keer zo veel websitebezoekers, groeiden op Instagram met veertig volgers en kregen ook bestellingen met de kortingscode CAROLINE15.”

In de kelder van het ouderlijk huis van Louise, naast tuincentrum Harkes uit Ede bevindt zich het hart van de onderneming. ”November”, staat met koeienletters op een krijtbord aan een van de wanden. En daaronder: ”-since 2021-”. De vriendinnen, beiden geboren in november, droomden al jaren van een eigen onderneming in de kledingbranche. Toen ze ontdekten hoe ze een webshop konden opzetten, hoe eenvoudig kleding naar hun smaak is in te kopen en welk succes soortgelijke bedrijven in de christelijke achterban hadden, hakten ze in januari de knoop door en begonnen.

Ruim een halfjaar later hangt hun collectie keurig op kleur aan de kledingrekken in de kelder. Stuk voor stuk zijn het rokken en jurkjes die de onderneemsters zelf ook zouden dragen. „Als we inkopen bij het groothandelscentrum World Fashion Centre in Amsterdam, kopen we alleen wat we zelf echt leuk vinden”, zegt Lidewey. „We hebben dezelfde kledingstijl en vinden alles van elkaar leuk. We houden van klassiek, netjes en minimalistisch.” „Een beetje een Parijsachtig stijltje”, vult Louise aan. „Iets met een kleurtje”, zegt Lidewey. „Maar niet te druk”, vindt Louise. „En van goede kwaliteit met een nette lengte”, zegt Lidewey weer op haar beurt. Louise: „We kopen gewoon wat we leuk vinden.”

De keuze voor verkoop via internet lag voor de hand, vinden de twee oud-klasgenoten van de vwo-opleiding aan de Jacobus Fruytier Scholengemeenschap in Apeldoorn. „Met een webshop zijn de vaste lasten laag en kun je de tijd zelf indelen. Je hoeft geen huur te betalen en hoeft niet de hele dag op een locatie aanwezig te zijn.” Inschrijven bij de KVK kostte de onderneemsters 50 euro, de website kost hun maandelijks 20 euro. „De kledingrekken, visitekaartjes en de opslagruimte kregen we gratis aangeboden van behulpzame mensen. We hoefden enkel nog inpakmaterialen te kopen. En de kleding natuurlijk.”

De eerstejaarsstudenten bedrijfskunde aan de Vrije Universiteit Amsterdam runnen samen een VOF, waardoor de onderneming van hen samen is. Lastig is die rechtsvorm wel zolang ze niet allebei 18 jaar zijn. Het geld dat klanten betalen voor hun kleding, komt op de zakelijke rekening van het bedrijf terecht. Maar daar zit het vast, tot beide ondernemers meerderjarig zijn. Lidewey: „Gelukkig willen onze vaders tot die tijd de aanschaf van nieuwe collecties betalen. Zodra we bij ons geld kunnen, betalen we hen terug.”

De twee onderneemsters verkopen maandelijks voor meer dan 1000 euro aan kleding, zeggen ze. Daarnaast werkt Lidewey nog bij de HEMA, Louise bij een boekhandel.

„Een jurkje verkopen we vaak voor dubbel zoveel als we het inkochten”, zegt Lidewey. „Dat lijkt leuk, maar als je minder dan de helft van de collectie verkoopt, verdien je niks. Bovendien moeten de btw en alle andere kosten die we maken er nog vanaf.” Louise: „We verdienen wel wat, maar als je echt gaat kijken hoeveel uren we erin hebben zitten, dan valt ons uurloon wel tegen. Het is dan ook vooral hobby. Wij worden gelukkig als we zien dat iemand een foto van zichzelf in een jurkje van ons post en zegt dat ze er blij mee is.”

Webshops zoals Novemberstore zijn er legio, beamen de twee. „Iedereen kijkt naar elkaar en doet elkaar na”, zegt Louise. „We gaan allemaal naar het World Fashion Centre in Amsterdam en proberen allemaal via Instagram aandacht te vragen voor dezelfde kleding. De kleding die wij hebben, zien we ook vaak bij anderen hangen. De grote vraag voor ons is hoe we ons van de massa kunnen onderscheiden. Dat is echt moeilijk, sinds maart zien we steeds meer mensen die een webshop beginnen die op de onze lijkt.” Lidewey: „Onze concurrentie hebben we op Instagram ontvolgd, zodat we ons niet door hen laten beïnvloeden maar origineel blijven.”

De bedrijfskundestudenten hopen een manier te vinden waarop ze zich toch kunnen onderscheiden van alle andere kleine en grote kledingverkopers. Lidewey: „We dromen van een stabielere stroom vaste bestellingen en een vaste klantenkring.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer