Overvallers krijgen niet langer standaard een enkelband
Veroordeelde overvallers hoeven in de toekomst niet langer standaard een enkelband om als de reclassering dat niet nodig vindt. Minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker heeft besloten te stoppen met het standaard onder verscherpt toezicht stellen van overvallers omdat uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat dit waarschijnlijk geen zin heeft. In plaats daarvan wordt per persoon bekeken welke begeleiding passend is.
Sinds 2012 was de afspraak met de reclassering dat overvallers standaard onder de zwaarste vorm van reclasseringstoezicht kwamen te staan. Dat hield in dat ze altijd een enkelband om moesten krijgen en dat ze verplicht werden om vaak contact te hebben met hun begeleiders. Jarenlang probeerde het kabinet die afspraak consequenter na te komen in de hoop het aantal overvallen terug te dringen, maar dat is nooit goed gelukt.
In de praktijk werd ondanks de afspraak vaak toch al niet gekozen voor het strenge toezicht, concludeerde het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) vorig jaar na onderzoek. Voor de recidive, de kans dat mensen nog eens de fout in gaan, bleek dat weinig uit te maken. Dekker heeft daarom besloten de afspraak helemaal los te laten en toch weer maatwerk te leveren.
Volgens het WODC zou het best kunnen dat overvallers zo lang ze een enkelband dragen minder overvallen plegen, maar is dat niet met zekerheid vast te stellen. Hoe dan ook is niet gebleken dat verscherpt toezicht in alle gevallen nodig is. Dat kan komen doordat het scherper in de gaten houden van veroordeelden niet werkt. Het zou ook kunnen dat de reclassering er goed in slaagt om in te schatten welke veroordeelden het grootste risico lopen om weer in de fout te gaan, en die groep wél onder verscherpt toezicht houdt.