Opinie

Afghanistan: waar ging het mis?

De afgelopen weken heeft de situatie in Afghanistan zich op een dramatische wijze ontwikkeld. Vooral voor al de mensen die actief hebben meegewerkt, met de eigen overheid of met westerse organisaties, aan een gemeenschapsontwikkeling waarin onder andere meer ruimte is voor meisjes en vrouwen.

Henk Jochemsen​
2 September 2021 21:25
„Kennis van geschiedenis, taal en cultuur van een gastland is een noodzakelijke voorwaarde om verandering bij de bevolking tot stand te brengen.” beeld EPA, Stringer
„Kennis van geschiedenis, taal en cultuur van een gastland is een noodzakelijke voorwaarde om verandering bij de bevolking tot stand te brengen.” beeld EPA, Stringer

De schrijnende situaties op het vliegveld van Kabul zijn een treffende illustratie van het onbegrip in het ‘Westen’ van de Afghaanse cultuur en van de kracht van de taliban. Vrijwel iedereen werd volledig verrast door de snelle opmars van de taliban en de zeer beperkte weerstand van het Afghaanse leger. En dat na twintig jaar training door de geallieerden. Er moeten factoren zijn geweest die het leger gedemotiveerd hebben om voor de bestaande staat met haar overheid te vechten tegen een militante organisatie en strijders met een sterke islamitische ideologie. Welke factoren kunnen dat geweest zijn?

In het tijdschrift Time (16-8) schreef de Amerikaanse oud-admiraal Stavridis, lang tijd de hoogste commandant van de geallieerde strijdkrachten in Afghanistan, een reflectie op de hele periode, inclusief het dramatische einde. Hij noemt praktische en militaire factoren die ertoe bijdroegen dat het Afghaanse leger niet tegen de taliban bleek opgewassen. In het laatste deel van zijn artikel benoemt hij vier lessen die we (de VS, het Westen) uit de hele ervaring moeten meenemen. De eerste en kennelijk belangrijkste les die hij noemt, citeer ik in haar geheel: „Ten eerste moeten we de geschiedenis, cultuur en talen leren en begrijpen van elk land waarin we willen ingrijpen – of dat nu militair of economisch is. In Afghanistan hebben we dat niet volledig gedaan, en onze overmoed en arrogantie hebben ons niet echt geholpen. Het bestrijden van een opstand is inderdaad een lang traject, en we hebben geen aandacht besteed aan de historische behoefte van geduld – het tegenovergestelde van ongerechtvaardigd zelfvertrouwen. En de endemische corruptie van de kant van de Afghaanse regering op elk niveau heeft ons veel schade toegebracht, maar we hebben niet genoeg gedaan om die uit te roeien.”

Dit is een veelzeggende uitspraak van deze Amerikaanse militair. Kennis van geschiedenis, taal en cultuur van een gastland is een noodzakelijke voorwaarde om verandering bij de bevolking tot stand te brengen. Dat is over het geheel genomen in Afghanistan te weinig gebeurd, zegt Stavridis. Mensen bepaalde vaardigheden aanleren is niet hetzelfde als mensen inwijden in een andere leefwijze en andere visie op samenleven. Ik spreek met opzet van ”inwijden”. Je een bepaalde cultuur eigen maken kost jaren. En mensen uit een andere cultuur iets overdragen, zo dat ze het zich ‘eigen’ maken, vraagt verbondenheid, congenialiteit met hen.

Ik heb dat ook gezien in mijn werk in de ontwikkelingssector. Veel van wat in ontwikkelingssamenwerking is gebracht aan nieuwe technieken en methoden bleef (te) lang afhankelijk van de aanwezigheid van ontwikkelingswerkers. En na een soms voortijdig vertrek –bijvoorbeeld omdat het geld op was– zakte het opgebouwde werk in.

Het best gaat dat als er ook godsdienstige verbinding en herkenning is op het gebied van geloof en waardenovertuigingen. Op dit punt zal in Afghanistan vaak een manco zijn geweest. Voor een bepaalde groep die al openstond voor andere waardenovertuigingen ten aanzien van leven en samenleven, en met name de man-vrouwverhouding, heeft de westerse aanwezigheid positieve dingen gebracht. Maar een aanzienlijk deel van de bevolking heeft zich de westerse waarden maar hooguit beperkt eigen gemaakt of wijst die geheel af. Daarbij hoorden onder de door het Westen in stand gehouden regering ook zaken als corruptie en seksuele praktijken die men veroordeelt.

Rechtsstaat en democratie zijn niet maar een kwestie van maatschappelijke organisatie en procedures. Ze zijn verankerd in diepe levensbeschouwelijke en morele waardenovertuigingen en visies op staat, overheid, burgerschap, verantwoordelijkheid en algemeen belang. De ondermijning van deze waardenovertuigingen in de westerse wereld, inclusief Nederland, doet vrezen dat bij ons de morele en culturele basis voor de democratische rechtstaat aan het wegvallen is.

De auteur is onderzoekshoogleraar op de Lindeboomleerstoel voor ethiek van de zorg aan de Theologische Universiteit Kampen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer