Soms maanden wachten op indicatie voor langdurige zorg
Mensen die blijvend intensieve zorg in een instelling nodig hebben, moeten soms wel zestien weken wachten op een indicatie van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). „Patiënten mogen niet de dupe zijn van de lange wachttijden.”
„Afhandeltermijnen voor toetsingen lopen op tot onverantwoorde hoogte. Zorgketens dreigen krakend vast te lopen”, schrijft Marco Toet, manager bij Zorggroep Charim, op LinkedIn. Een aanvraag voor een indicatie Wet langdurige zorg die eind juni was ingediend, neemt het CIZ begin oktober pas in behandeling.
Verpleeghuizen aangesloten bij Charim hebben de afgelopen weken meerdere mensen opgenomen zónder een indicatie. „Deze mensen konden niet langer wachten. De zorg thuis was niet meer verantwoord. Mantelzorgers hielden het niet langer vol.”
Ook hebben de adviseurs van Charim zeker vier ouderen op een gesloten afdeling opgenomen in afwachting van een beoordeling door het CIZ onder de Wet zorg en dwang. Thuiszorg kon de zorg voor hen niet langer bieden.
Financieel risico
Zorginstellingen nemen een financieel risico door patiënten zonder indicatie op te nemen, licht Toet telefonisch toe. „Zonder indicatie is de vergoeding voor een cliënt niet gegarandeerd.” Om die reden zullen er organisaties zijn die geen patiënten zonder indicatie willen opvangen, vermoedt hij. „Wij vinden echter dat de patiënt niet de dupe mag zijn van de lange wachttijden bij het CIZ. Hij of zij moet de zorg kunnen krijgen die op dat moment nodig is.”
Nu schat een adviseur van Charim in of een patiënt zonder indicatie permanente zorg nodig heeft. In zeker 95 procent van de gevallen krijgt zo’n patiënt uiteindelijk ook de vereiste indicatie van het CIZ en komen de financiën in orde, zegt Toet. Wat hem betreft zouden onafhankelijke adviseurs de indicatiestelling zelf moeten kunnen regelen, in plaats van een „duur orgaan” als het CIZ.
Het valt Toet op dat er momenteel erg veel crisisopnames bij Charim zijn, van mensen die acuut moeten worden opgenomen omdat de situatie thuis onhoudbaar is. Hij vermoedt dat de toename het gevolg is van het te laat aanvragen óf te laat krijgen van een indicatie.
Termijn
Wachttijden voor een indicatie zijn inderdaad langer dan gebruikelijk, beaamt woordvoerster Angela Driessen van het CIZ. „Op de Wet langdurige zorg hebben wij aanzienlijke vertraging. Op de Wet zorg en dwang niet.” Eerstgenoemde wet gaat over de toegang tot zorg, de tweede om een toets of iemand bereid is opgenomen te worden.
Een aanvraag voor een indicatie vanuit beide wetten mag hooguit zes weken duren, zo is wettelijk vastgelegd. Het CIZ haalde die termijn in juli in 80 procent van de gevallen. Een op de vijf aanvragen duurt dus langer.
De lange wachttijden hebben te maken met een veel grotere aanvraagstroom vanuit de geestelijke gezondheidszorg, verklaart Driessen. „Mensen met een psychiatrische stoornis hadden voorheen geen toegang tot de Wet langdurige zorg. Dat is sinds dit jaar anders in de wet geregeld. We krijgen wel vijf tot zes keer zoveel aanvragen als door de samenwerkingspartners was ingeschat.”
Een toename van het aantal aanvragen was verwacht, maar niet in die mate, stelt Driessen. „We weten niet waarom de aanvraagstroom zo groot is.” Er komen zoveel aanvragen binnen dat de medewerkers ze niet tijdig kunnen verwerken. „Meer capaciteit creëren doen we al, maar daaraan zijn grenzen. We kunnen niet zomaar een blik goed opgeleide medewerkers opentrekken.”