Britse regering lanceert eigen Erasmus, oppositie is kritisch
Aan het Britse alternatief voor het Europese uitwisselingsproject Erasmus+ gaan dit jaar naar verwachting 40.000 scholieren en studenten meedoen. Zij kunnen via het nieuwe Turing-programma gaan werken of studeren in het buitenland, belooft de Britse regering. Jongeren kunnen onder meer financiële steun krijgen voor hun reiskosten en levensonderhoud.
De Britse regering heeft het naar wiskundige Alan Turing vernoemde programma opgetuigd na de brexit, het Britse vertrek uit de Europese Unie. Britse jongeren konden voorheen naar het buitenland via het EU-programma Erasmus+, maar daar doet hun land niet meer aan mee. Premier Boris Johnson had aanvankelijk beloofd dat zijn land gewoon zou blijven deelnemen aan het Europese uitwisselingsproject, maar daar moest hij later op terugkomen.
Britse studenten kunnen volgens de regering via Turing naar 150 internationale bestemmingen, waaronder Duitsland, Frankrijk, Canada, de Verenigde Staten en Japan. 48 procent van de beschikbare plaatsen is bedoeld voor jongeren die uit armere gezinnen komen, aldus een officiële verklaring. Zij komen volgens The Guardian ook in aanmerking voor extra financiële steun om bijvoorbeeld een visumaanvraag te bekostigen.
De krant liet het Britse en het Europese uitwisselingsprogramma vergelijken door een expert van de University of London. Die concludeerde dat er nog veel vragen beantwoord moeten worden over Turing, waar volgens de regering 110 miljoen pond (bijna 130 miljoen euro) mee is gemoeid. Zo zou nog onduidelijk zijn hoeveel studenten daadwerkelijk naar het buitenland gaan en wat voor bedrag de regering uittrekt voor iedere deelnemer.
De Britse oppositie is nu al kritisch over het nieuwe programma. Matt Western van de linkse Labourpartij zei dat de lovende uitspraken van ministers over Turing niet aansluiten bij de realiteit. „Hun programma dekt geen collegegeld en dat betekent dat veel studenten geen gebruik kunnen maken van deze fantastische mogelijkheid.”