Hongkonger krijgt 9 jaar cel op basis van nieuwe veiligheidswet
De eerste Hongkonger die dinsdag met nieuwe wetgeving schuldig werd bevonden aan terrorisme en het aanzetten tot separatisme (afscheiding), is veroordeeld tot een gevangenisstraf van negen jaar. Het is de eerste veroordeling onder de nieuwe, omstreden veiligheidswet die het Chinese communistische regime vorig jaar aan de voormalige Britse kolonie Hongkong heeft opgelegd.
Omdat het de eerste veroordeling betreft, wordt de vrijdag uitgesproken strafmaat gezien als een belangrijke graadmeter voor vergelijkbare rechtszaken in de toekomst. De straf valt uiteen in 6,5 jaar voor de separatisme-aanklacht en 8 jaar voor terrorisme. Doordat de straffen grotendeels tegelijkertijd uitgezeten kunnen worden, vormen zij in praktijk echter samen een straf van 9 jaar cel.
De veroordeelde Tong Ying-kit (24), die voorheen werkte als ober, had levenslang kunnen krijgen. Hij reed een jaar geleden op zijn motor in op agenten van de oproerpolitie, van wie er drie gewond raakten. Hij had een protestvlag bij zich met daarop een leus die opriep Hongkong te bevrijden. Hij deed dit op 1 juli, de dag dat de nieuwe veiligheidswet inging. Tong stelde onschuldig te zijn.
Tongs advocaat had de rechters gevraagd om de straf voor zijn cliënt laag te houden. Hij betoogde dat het publiek ook zonder hoge straf zich al wel bewust was van de ernst van de zaak. Bovendien omschreef hij Tong als „een fatsoenlijke jonge man” die slechts iets „doms” had gedaan. De opruiing waarvoor zijn cliënt werd aangeklaagd, was volgens hem bovendien „van kleine aard”. Hij gaf na de uitspraak dan ook aan tegen de straf in beroep te zullen gaan.
De rechtbank ging op de meeste punten niet mee in deze argumentatie. Een van de drie rechters, Esther Toh, verklaarde dat als Tong „schuld had bekend”, dit de duidelijkste „uiting van berouw” was geweest. Bovendien oordeelden de rechters dat Tong zijn motor als een potentieel dodelijk wapen gebruikte, en dat zijn handelen de politie „opzettelijk uitdaagde”.
Inmiddels zijn ruim 120 mensen onder de veiligheidswet gearresteerd, onder wie media-ondernemer Jimmy Lai en andere prodemocratische activisten. Ruim de helft is aangeklaagd. Peking wil met de wet zijn greep op Hongkong versterken. De veiligheidswet verbiedt staatsondermijnende activiteiten, terrorisme, het streven naar onafhankelijkheid en buitenlandse inmenging.
Mensenrechtenorganisaties, waaronder Amnesty International, hebben de veroordeling van Tong bekritiseerd. Zij stellen dat de veroordeling een inperking van de vrijheid van meningsuiting in de stad betekent.