Cultuur & boeken

De meeste Joden zijn niet religieus

Titel:

Mevr. dr. C. C. van den Haspel
3 April 2002 15:54Gewijzigd op 13 November 2020 23:30

”De Joden in Nederland anno 2000. Demografisch profiel en binding aan het jodendom”
Auteur: Hanna van Solinge en Marlene de Vries
Uitgeverij: Aksant, Amsterdam, 2001
ISBN 90 5260 001 5
Pagina’s: 274
Prijs: € 25,–. De een is de ander niet. Zo is ook de ene minderheid de andere niet. De Joden -momenteel ongeveer 43.000 personen- nemen onder Nederlandse minderheden wel een heel bijzondere plaats in. Zij zijn hoger opgeleid dan de doorsnee Nederlander en zijn oververtegenwoordigd in beroepen als arts, advocaat, rechter, econoom, kunstenaar en zakenman. Hun besteedbaar inkomen ligt doorgaans boven dat van de gemiddelde Nederlander, zij kennen meer echtscheidingen en zij wonen grotendeels in Amsterdam en directe omgeving.

De schrijvers van het boek ”De Joden in Nederland anno 2000”, waaraan bovenstaande gegevens zijn ontleend, hanteren een brede definitie als het over hun onderwerp gaat: Jood is iedereen die een Joodse moeder heeft en/of een Joodse vader, alsook de „toegetredenen.” Aangezien bij eerder onderzoek een smallere definitie werd gebruikt, komt ogenblikkelijk de vraag op wat de onderzoekers heeft bewogen om ook de ”vaderjoden” onder hun definitie te rangschikken.

Het zoeken naar een antwoord is even puzzelen. Maar wie leest dat de Stichting Joods Maatschappelijk Werk opdracht gaf tot het demografisch onderzoek waarop het boek berust en wie daarbij bedenkt dat het Joods Maatschappelijk Werk onder andere tot taak heeft gesprekspartner te zijn van het ministerie van Sociale Zaken, ziet de reden van een brede definitie wel voor zich. Enigszins venijnig geformuleerd: hoe meer zielen, hoe meer subsidievreugd.

Overigens zou het niet fair zijn de opdrachtgever of de onderzoekers de breedte van hun definitie kwalijk te nemen. Het was in de afgelopen jaren steeds de overheid zelf die met brede definities kwam op het terrein van de sociale zekerheid.

Echt interessant wordt het boek van Van Solinge en De Vries wanneer de binding aan het Jodendom ter sprake komt. Dan blijkt de Joodse minderheid intern de nodige verscheidenheid te vertonen. Om de veelheid aan nuances zichtbaar te maken, vroegen de demografen de bij hun onderzoek betrokken personen vragenlijsten in te vullen. Een leek kan zich nog wel voorstellen dat met behulp van vragenlijsten heel wat in kaart valt te brengen zolang het gaat om iemands lidmaatschap van verenigingen of om de vraag welke Joodse feesten thuis gevierd worden of om het gebruik van kosjer vlees. Maar hoe meet je iemands geloof?

Demografen volgen daarbij het principe ”invullen naar keuze.” Het gaat dan om de volgende vragen:

  • Ik geloof zonder twijfel dat God bestaat.

  • Ik geloof in God, al heb ik mijn twijfels.

  • Op sommige momenten geloof ik in God, op andere niet.

  • Ik geloof niet in een God die zich met ieder van ons persoonlijk bezighoudt, maar ik geloof wel in één of andere hogere macht.

  • Ik weet niet of er een God is en ik geloof niet dat er een manier is om dat te weten te komen.

  • Ik geloof niet in God.

Het resultaat is indrukwekkend. Slechts 26 procent van de Joodse minderheid in Nederland beantwoordt de eerste twee vragen positief. Dat wil zeggen: de orthodoxe, traditionele en liberale Joden vormen binnen het Nederlandse Jodendom een minderheid. De meerderheid, 74 procent, is niet religieus.

In de groep niet-religieuzen brengen de auteurs weer een onderverdeling aan: mensen die geheel aan de rand van het Jodendom leven en mensen -ongeveer 17 procent- die weliswaar niet geloven, maar wel sommige Joodse feesten vieren. Deze laatste groep is volgens de schrijvers representatief voor de tijdgeest. Het zijn mensen die uit de Joodse cultuur kiezen wat leuk is of wat interessant maakt en waar je vooral geen last van hebt.

Wie cijfermatig verantwoorde informatie zoekt over de hedendaagse Nederlandse Joodse gemeenschap kan in dit zorgvuldig geschreven en uitgegeven boek zeker terecht. De literatuurlijst noemt ook historische studies, maar geen theologische.

Wie daarentegen wil weten hoe rabbijn mr. drs. R. Evers anno 2002 contact onderhoudt met geloofsgenoten en belangstellenden buiten Amsterdam, raadplege www.joods.nl.

Hoe actueel de daar geboden informatie is, weet ik niet, maar één ding is zeker: de salade smaakt heerlijk en de dressing is voortreffelijk.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer