CDA-commissie: verlies door interne strijd en gebrek aan leiderschap
Het CDA heeft in maart flink verloren bij de landelijke verkiezingen vanwege meerdere factoren die in de partij speelden. Een commissie van het CDA, die heeft onderzocht wat er mis is gegaan, concludeert dat er sprake was van een interne strijd en dat eigenbelang boven het collectieve belang van het CDA werd gesteld. Bovendien was er sprake van gebrek aan onderling vertrouwen én gebrek aan bestuurlijk leiderschap. CDA-prominent Liesbeth Spies presenteerde het rapport zaterdag in Zeist en sprak zelf van „een harde conclusie”.
„Het CDA heeft deze keer van zichzelf verloren”, staat in het rapport van 55 pagina’s. Spies concludeert dat er „van respectvol met elkaar omgaan vaak geen sprake was”. „Vanaf de lijsttrekkersverkiezingen vorig jaar juli kreeg het eigenbelang van velen prioriteit boven het belang van het Team CDA.”
Spies vindt dat er veel dingen mis zijn gegaan. Ze vindt ook dat „het lerend vermogen in de partij te klein is”. Vorige commissies hebben dat volgens haar ook al geconstateerd, maar er is te weinig mee gedaan. „We hebben de vinger op de zere plek gelegd”, zei Spies.
De aanbevelingen die de commissie doet, moeten er volgens haar toe leiden dat het CDA weer vooruit kan. Zowel Spies als interim-partijvoorzitter Marnix van Rij is er positief over dat dit binnen de gelederen goed wordt uitgewerkt en opgepikt. Er is veel werk te verzetten, zeiden ze.
Spies benadrukte dat de commissie alleen de perikelen heeft onderzocht vanaf de lijsttrekkersverkiezing tot aan de verkiezingsuitslag op 18 maart. De christendemocraten zakten onder leiding van Wopke Hoekstra, die Hugo de Jonge opvolgde als lijsttrekker nog voor die zijn eerste verkiezingen achter de rug had, van negentien naar vijftien zetels.
Juist daarna is er veel gebeurd binnen de partij. Maar als de CDA-commissie dat had ook had moeten onderzoeken, was Spies nog niet klaar geweest. Zo bleek dat demissionair premier Mark Rutte tijdens de verkenning voor een nieuw kabinet had gesproken over een „functie elders” voor Kamerlid Pieter Omtzigt. Ook was er in het kabinet weinig steun voor de strijd van Omtzigt in de toeslagenaffaire, bleek uit vrijgegeven notulen.
Omtzigt vertrok vorige maand uit de partij nadat een memo die hij voor de commissie-Spies schreef was uitgelekt. In de memo stond onder meer dat de voorzitter van het CDA hem het partijleiderschap had beloofd als De Jonge weg zou vallen als lijsttrekker. Of dat waar is, is volgens het rapport niet vastgesteld. Wel schrijft de commissie dat er druk vanuit het bestuur en vanuit de verenigingsraad van het CDA op Hoekstra kwam te staan om de partij te gaan leiden en op Omtzigt om dat te steunen.
Zowel Spies als Van Rij wilde zaterdag niet op Omtzigt of op de rol van andere personen ingaan. Omtzigt zit al maanden ziek thuis en er is volgens Van Rij met hem afgesproken om hem rust en herstel te gunnen. Ook mogelijke excuses van de partij aan Omtzigt of een eventuele verzoening zijn nu niet aan de orde. Volgens Spies zijn er geen specifieke schuldigen aan te wijzen, maar zouden wat haar betreft veel mensen sorry moeten zeggen. „Dus ook Omtzigt zelf. Daar is sprake van wederkerigheid”, aldus Spies.