Plannen universiteiten voor betere werksfeer leveren te weinig op
De problemen waarmee de universiteiten kampen op het gebied van werkdruk en ongewenst gedrag plus discriminatie zullen met de bestaande actieplannen daartegen nog niet worden opgelost. Dat verwacht de Inspectie SZW, die er onderzoek naar heeft gedaan.
In 2020 is aan alle universiteiten gevraagd om actieplannen tegen werkdruk en ongewenst gedrag plus discriminatie te ontwikkelen. Door de coronamaatregelen konden de geplande fysieke inspecties niet plaatshebben en daarom werden de actieplannen zelf nu beoordeeld. De veertien universiteiten in Nederland besteden inmiddels wel veel aandacht aan de werkdruk, is de conclusie, maar bereiken daar nog niet genoeg mee. En voor ongewenst gedrag en discriminatie is bij de universiteiten toch nog te weinig aandacht. Dat moet meer worden, aldus de inspectie nu.
Een deel van het wetenschappelijk personeel valt niet onder de registratieplicht en de arbeids- en rusttijdennormen van de Arbeidstijdenwet. Dat is het geval als het salaris boven een bepaalde loongrens ligt of als het soort onderzoek dit niet mogelijk maakt. De arbeidstijdenwetgeving kan hier dan ook weinig soelaas bieden. Er moet directer naar de werkdruk worden gekeken.
De diverse actieplannen tegen de drie misstanden zijn niet expliciet gericht op het wegnemen van de achterliggende oorzaken. Dit brengt het risico met zich mee dat de aanpak alleen neerkomt op symptoombestrijding. De gevolgen van discriminatie worden verder niet adequaat geïnventariseerd en geanalyseerd. Er wordt meer gehandeld als reactie op incidenten.
Ook zijn de verantwoordelijkheden en bevoegdheden voor het aanpakken van discriminatie niet altijd duidelijk omschreven. Zo is niet duidelijk wie nou voor wat verantwoordelijk is. De nazorg voor slachtoffers „lijkt ook onvoldoende goed geregeld te zijn”, zegt de inspectie.
Het ministerie van OCW wil gesprekken met de universiteiten en vakbonden organiseren.