VMB brengt machines tot leven
In bijna iedere fabriekshal staan machines. Die zien er vaak imposant uit, maar functioneren niet zonder een degelijke besturing. VMB Automation uit Hendrik-Ido-Ambacht levert die aan ruim 140 klanten in diverse landen.
„Wij zorgen ervoor dat een machine tot leven komt”, vertelt Wilco Huizer (30), verkoper bij het bedrijf. Hij noemt Shell als voorbeeld. „Je kan als olieconcern een hele installatie hebben met enorme pijpleidingen, maar alleen daarmee krijg je nog geen olie uit de grond.”
Directielid Bas Noorland (54) verduidelijkt: „Als je in huis de thermostaat hoger zet, gaat de cv aan en wordt het warmer. Een eenvoudige handeling, maar daar zit een heel besturingssysteem achter. Dat maken wij ook, alleen dan voor de industrie.”
VMB maakt zowel de hardware –zoals het bedieningsscherm en de besturingskast– als de software; de computerintelligentie waarop een systeem draait. Noorland legt het verschil uit: „Hardware kun je beetpakken, software niet.”
Eigenaar Arie Verhoeven (51) vertelt dat VMB besturingssystemen maakt voor verschillende branches, waaronder de voedselindustrie, het watermanagement en de zware metaalindustrie. „We hebben 140 klanten in onze portefeuille”, weet Verhoeven.
Werkplaats
Jaarlijks voert VMB zo’n vijf grote opdrachten uit; projecten die van a tot z moeten worden vormgegeven. Zodra er samen met de klant een definitief plan is vastgesteld, gaat het bedrijf aan de slag. De technici ontwerpen de software, terwijl in de inpandige werkplaats de bijbehorende hardware wordt gemaakt.
Als zowel de soft- als hardware gereed is, wordt het systeem bij de klant afgeleverd. Op locatie wordt de apparatuur geïnstalleerd en in bedrijf gesteld. Daarna blijft VMB bereikbaar voor ondersteuning en updates van het systeem.
Daarnaast voert VMB op jaarbasis tientallen kleinere opdrachten uit. Bijvoorbeeld als een bedrijf een extra optie wil toevoegen aan een systeem. Verhoeven: „Die projecten zijn minder arbeidsintensief. Hiervoor hoeft natuurlijk niet weer het hele proces van basisidee tot een goed werkend systeem te worden doorlopen.”
Ook VMB heeft behoorlijk wat hinder ondervonden van de coronapandemie. Zo’n 60 procent van de omzet komt van buitenlandse partners. Door de lockdown werden machines maandenlang niet meer verscheept, vertelt Noorland. „Maar gelukkig komt dat nu weer op gang.”
Vanwege de reisbeperkingen is VMB meer op afstand gaan werken. Huizer vertelt dat een collega momenteel met een project in Indonesië bezig is, vanuit Nederland. „Ruim 80 procent van de besturingen die wij maken, is op afstand aan te passen. Dat bespaart veel reistijd en bijbehorende kosten.”
Als technisch bedrijf kampt VMB ook met een ander probleem: het wereldwijde chiptekort. Hierdoor kunnen veel projecten niet worden voltooid. Verhoeven: „In de werkplaats wachten meerdere besturingskasten op chips. Zonder dit onderdeeltje kunnen veel projecten niet worden afgerond. Dit betekent dat de klant dus moet wachten.”
Personeelstekort
Hoewel Noorland denkt dat het chiptekort minstens nog een halfjaar zal duren, is hier geen sprake van een blijvend probleem. Het directielid maakt zich daarom meer zorgen om het tekort aan personeel in de techniek. „Ook voor ons is het lastig om aan goede mensen te komen”, aldus Noorland.
Verhoeven ziet dat veel ouders graag willen dat hun kinderen een hoge opleiding afronden, terwijl praktisch geschoolde mensen juist steeds harder nodig zijn. „Alles is techniek; van je wekker tot je smartphone. Techniek zal steeds belangrijker worden.”
Omdat steeds meer bedrijven met techniek gaan werken, verwacht VMB te groeien. Bedrijven willen daarbij zo efficiënt mogelijk te werk gaan, vertelt Huizer. „Voor het maken van de soft- en hardware, het brengen van het systeem en het installeren ervan moest je vroeger met meerdere partijen zakendoen. Wij hebben alles onder één dak. Dat spreekt bedrijven aan.”