Onduidelijkheid over rolverdeling
Uit onderzoek van de Evangelische Omroep (EO), dat woensdag in Hooglanderveen werd gepresenteerd, blijkt dat een groot aantal gehuwden geen weg weet met de bijbelse noties over de rolverdeling tussen man en vrouw. Prof. dr. M. Verkerk vindt dat christenen elkaar moeten helpen om in veranderende omstandigheden de relevantie van de Bijbel opnieuw duidelijk te maken.
De socioloog gaf tijdens het symposium een beschouwing op de onderzoeksresultaten, evenals de theologe drs. A. Rijken-Hoevens en psychologe drs. W. Doornenbal. Aan de ondervraagden werden tijdens het onderzoek bijbelse uitspraken voorgelegd zoals die over het eren van de man door de vrouw en het onderdanig zijn van de vrouw aan de man. Dertig procent van de respondenten vond deze bijbelteksten over de rolverdeling relevant, maar was niet in staat die concreet te maken. Wat moeten we met deze opvallende gegevens, vroeg prof. Verkerk zich af. Ons zorgen maken?
De hoogleraar gaf aan dat in de moderne opvatting de rollen van de man en de vrouw minder duidelijk zijn. In de klassieke opvatting had de man de verantwoordelijkheid buitenshuis, de vrouw binnenshuis. Het gevolg van de verschuiving is dat de oude uitleg van de nieuwtestamentische teksten niet meer past. Verkerk: „Het ontbreekt kennelijk aan een uitleg van deze teksten die ten eerste breed gedragen wordt en ten tweede de moderne opvatting ondersteunt en richting geeft.”
Hier ligt een belangrijk aandachtspunt, onderstreepte hij. „Een groot aantal echtparen heeft moeite met het concreet maken van deze teksten voor hun eigen leven. Dat betekent misschien wel dat we elkaar overvragen als we verwachten dat we dit zelfstandig kunnen. Is het niet onze taak om uit dat oude boek weer nieuwe dingen tevoorschijn te halen? Om de betekenis voor déze tijd te laten zien?”
Het onderzoek wijst uit dat de ”overig gereformeerden” meer zijn opgeschoven in de richting van de moderne opvattingen dan de ”bevindelijk gereformeerden” en de ”evangelischen”.
Drs. Rijken-Hoevens ging in haar lezing in op het verschil tussen leer en leven. Volgens haar is het een uitdaging voor de theologie en de kerk om de gemeente inzicht te laten krijgen in de geloofsoverlevering. „De Bijbel is het betrouwbare Woord van God aan mensen geschonken. Het is niet bedoeld om er passages uit te schrappen maar om er kennis van te nemen.”
Ze betreurt dat in gezinnen een vaste orde in het geestelijke leven ontbreekt. Veertig procent van de ondervraagden bidt nooit samen hardop en zingt nooit. „Het feit dat we in onze gezinnen niet meer samen zingen is tot onze schade. Samen zingen sticht.” Doelend op de EO zegt ze: „Niet met een combo. Zing maar psalmen. Die zijn prachtig.” Uit het onderzoek bleek dat 50 procent van de respondenten geslachtsgemeenschap voor het huwelijk heeft gehad.
Drs. Doornenbal stelt dat de kerk een preventieve taak heeft in het toerusten van gemeenteleden op het relationele vlak. „Nu komen we pas als er een probleem is.” Het onderzoek geeft aan dat slechts 14 procent van de mannen en 17 procent van de vrouwen wel eens een cursus over huwelijk en relaties heeft gevolgd. „Een cijfer waar ik van schrok.”
Het huwelijk als gespreksonderwerp staat niet vaak op de agenda. „Slechts 3 procent van de stellen praat vrijuit. Er mist iets van veiligheid. Ik sta hier aan de kerkdeur te rammelen. Begeleiding is zinvol.”
Drs. Doornenbal denkt bijvoorbeeld aan preken waarin de „werkelijkheid van relaties” naar voren komt. Ze bepleit een klimaatsverandering waarin het leren over relaties gewoon wordt. Ook een rubriek in het kerkblad behoort volgens haar tot de mogelijkheden. „De kerk is preventief nodig, zowel voor bijbeluitleg als voor de praktische kant van relaties.”
Tijdens de forumbespreking werd gediscussieerd over de vraag waarom evangelischen weliswaar vaker met hun huwelijk bezig zijn en dogmatischer over het huwelijk denken dan gereformeerden, maar toch vaker scheiden. Een voorganger van een pinkstergemeente verklaarde dit uit het feit dat „30 procent van de evangelischen geen christelijke achtergrond heeft. Ook zijn velen van hen bezig met hun tweede of derde huwelijk. Zij hebben hun problemen meegenomen.”
EO-directeur H. Hagoort kondigde aan dat de EO bezig is met de voorbereiding van programma’s over christelijke opvoeding.