Holleeder: het is weer woordje, woordje, woordje
Willem Holleeder heeft het Openbaar Ministerie opnieuw verweten hem te willen pakken op „woordjes”. In de extra beveiligde rechtbank op Schiphol spuwde hij maandag regelmatig zijn gal: „Het is weer woordje, woordje, woordje. U maakt overal wat anders van. Ik word afgerekend op woordjes.”
In het hoger beroep van Holleeder (63) ging het maandag over de geluidsopnamen die zijn zussen Astrid en Sonja stiekem maakten van gesprekken die zij tussen 2013 en 2015 voerden met hun broer. Op de bandjes is regelmatig een tierende en dreigende Holleeder te horen. De opnamen vormen een belangrijk deel van het bewijs dat het OM tegen Holleeder denkt te hebben verzameld. Ook in het oordeel van de rechtbank, die Holleeder in 2019 levenslang gaf voor het verordonneren van een reeks moorden, wogen de geluidsopnamen en de verklaringen van de zussen zwaar mee.
Maar volgens Holleeder zeggen de bandjes niets, laat staan dat ze iets bewijzen. „Ik zeg maar wat als ik loop te dreigen. Ik roep van alles, maar doe niets”, zei hij. Maandag wond hij zich veelvuldig op over de vragen die hij van de aanklagers kreeg. „Elke keer wilt u me wat aansmeren met woordjes die ik gebruik en waar u een bepaalde waarde aan geeft. Maar ik kan me echt niet meer herinneren wanneer en waar ik wat precies heb gezegd en wat ik daarmee bedoelde. Het is acht jaar terug.”
Specifiek over bedreigingen die hij op de opnames aan het adres van zijn zus Sonja en misdaadjournalist Peter R. de Vries uitte, zei hij: „Ik heb misschien van alles geroepen, maar ik heb ze nooit met één vinger aangeraakt.” Op de vraag van het OM waarom hij op de bandjes steeds meteen dreigt met de dood „en niet bijvoorbeeld met een stevig pak rammel”, moest hij het antwoord schuldig blijven. Wel gaf hij het OM gelijk „dat ik wel een klein kind lijk, zoals ik schreeuw”.
Holleeder herhaalde dat zijn zus Astrid hem er heeft „ingeluisd” met de opnamen en dat ze „een smerig spel” heeft gespeeld. „Ze weet als geen ander dat ik kan dreigen en schreeuwen. Ze heeft er misbruik van gemaakt, me opgefokt en dingen ontlokt. Ik dreig met van alles. Maar ik heb echt geen opdrachten gegeven voor liquidaties.”
De zitting van maandag was de laatste voor de zomer. Op 28 september gaat de inhoudelijke behandeling van de beroepszaak verder met het getuigenverhoor van Astrid Holleeder. De uitspraak is voorzien in 2022.