Lusten en lasten van likes
Een compliment geven aan de vriend van je oom –die je jaren terug een keer op een verjaardag zag– doe je misschien niet zo snel. Zijn vakantiekiekje leuk vinden, is op sociale media echter niet meer dan normaal. Wat is dat toch met al die likes? Zelfs Instagram heeft het er moeilijk mee.
Veertien jaar wordt er al op het befaamde duimpje gedrukt, de zogenaamde ‘like’- of ‘vind-ik-leuk’-knop van Facebook, om een bericht, foto of video positief te beoordelen. Sinds 2016 kan er ook gekozen worden voor andere icoontjes, zodat er ook lachend, boos, verbluft of meelevend gereageerd kan worden op een bericht. Op Instagram, het socialemediaplatform waar alleen beeldmateriaal kan worden geüpload, kan er als ‘like-functie’ vooralsnog slechts gekozen worden voor een hartje.
Vol trots zet je je eerste foto op Instagram. Je hebt nog weinig volgers dus je krijgt er amper respons op. Dat komt nog wel, houd je jezelf voor. Je gaat mensen volgen. Van je beste vriend tot een ver familielid en je vorige buurman. Je wordt teruggevolgd, zoals dat dan heet. Het aantal hartjes onder je foto stijgt. Het gaat lekker zo. Je uploadt er steeds meer en de likes vliegen je om de oren. Je voelt je gewaardeerd.
Achterban
Ook bedrijven doen eraan mee. Het Reformatorisch Dagblad (RD) bijvoorbeeld, plaatst een artikel op Facebook over de coronapandemie. Het bericht krijgt honderden likes; dat zegt nog niets over de inhoud. Ze geven aan dat het onderwerp in de achterban leeft, zowel in positieve als negatieve zin. De inhoud van de reacties is in dit opzicht niet relevant. Als iemand een artikel van het RD liket, zien zijn Facebookvrienden dat op hun tijdlijn, is er grote kans dat een deel van hen ook het artikel aanklikt en vervolgens eveneens een icoontje achterlaat. Ook de vrienden van die vrienden zullen dat weer zien. De bal rolt en het bereik wordt groter en groter. Wellicht levert het zelfs nog wat abonnees op.
Een berg likes pleziert mens en bedrijf. Het geeft zelfverzekerdheid en een vorm van digitale mond-tot-mondreclame. Liken is laagdrempelig en het strooien met hartjes voelt sociaal.
Maar wat als je vakantiekiekje –waar je zo je best op hebt gedaan– een schamel paar likes krijgt terwijl je klasgenoot er letterlijk en figuurlijk in zwemt? Ga je dan twijfelen aan je foto, je vakantie of nog erger: aan jezelf? Of wekt het jaloersheid op?
Onzeker
Zo zit er ook een bijsmaak aan een perfecte foto waar amper likes onder staan. Er zal wel iets aan schelen. Je wilt ook niet de eerste of de enige zijn die op het hartje drukt. Liken kan dus ook onzeker maken.
Het kan zelfs schaamte veroorzaken. Je komt op Instagram een oud-klasgenote tegen die je al jaren niet hebt gezien. Je scrollt wat door haar tijdlijn en tapt twee keer op het scherm –om in te zoomen, denk je– maar er verschijnt ineens een hartje onder haar drie jaar oude foto. Nu ziet ze meteen dat je op haar tijdlijn hebt zitten gluren.
Mentale gevolgen
Ook de topmannen van Instagram hebben niet altijd een goed gevoel bij al die likes. Het socialemediaplatform heeft het weergeven van het aantal zelfs twee jaar gedeeltelijk uitgezet als onderdeel van onderzoek naar de mentale gevolgen ervan. Door het verbergen van de hoeveelheid hartjes zou het liken minder competitief worden. Het zou „mensen –vooral jeugd– meer ruimte geven om zich te concentreren op het contact maken met mensen die ze inspireren”, aldus Adam Mosseri, CEO van Instagram, in november 2019 bij de start van dit onderzoek.
Het sociale platform zou met zo’n revolutionaire beslissing wel afstand doen van „de door influencers aangestuurde realityshow”, zegt de Amerikaanse platformschrijver Casey Newton eind mei dit jaar op zijn website Platformer.
Instagram heeft na het tweejarig onderzoek op 26 mei dit jaar een weinig opzienbarend besluit genomen. De gebruiker mag nu zelf beslissen of het aantal likes al of niet zichtbaar is, maar moet daarvoor, bij de laatste update, wel even zoeken naar het juiste schuifje.