Burgemeesters boos over kritiek De Jonge: gemakkelijk
Een aantal burgemeesters is boos op demissionair coronaminister Hugo de Jonge, die donderdag in de Tweede Kamer heeft gezegd dat de burgemeesters te lang hebben gewacht met regionale maatregelen toen een nieuwe coronagolf zich aandiende. Het kabinet zou bij een volgende uitbraak zelf de regie in de regio willen pakken, omdat de regio’s dat ‘spannend’ zouden vinden. „Een gemakkelijk en compleet onterecht verwijt”, zegt de Gelderse commissaris van de Koning John Berends vrijdag namens de drie veiligheidsregio’s in zijn provincie.
Hubert Bruls, voorzitter van het Veiligheidsberaad van de burgemeesters en zelf burgemeester van Nijmegen, heeft de minister vrijdag direct telefonisch om opheldering gevraagd over zijn „ongelukkige uitspraak.” Daaruit zou gebleken zijn dat De Jonge niet heeft bedoeld dat de burgemeesters of gemeenten hebben gefaald. Bruls is zelf ook voorstander van een landelijk overzicht, omdat Nederland te klein is voor alleen regionale maatregelen.
Commissaris van de Koning Berends: „De burgemeesters hebben sinds maart 2020 in de frontlinie gestaan in een situatie die we nooit eerder hebben meegemaakt. Zij hebben dat uitstekend gedaan. Het is een goede zaak om de aanpak van de coronacrisis te evalueren, maar niet op dit moment en niet op deze manier.”
Oud-voorzitter Jan Lonink van de veiligheidsregio Zeeland, sinds kort gepensioneerd als burgemeester van Terneuzen, spreekt van een „gotspe”. Volgens hem was het juist de minister die regionaal maatwerk niet wilde, omdat het kabinet bang was voor een lappendeken aan maatregelen. Burgemeester Mark Boumans van Doetinchem noemt de kritiek op Twitter „een klap in het gezicht van 350 burgemeesters die keihard gewerkt hebben afgelopen jaar”.
Minister De Jonge zei na de ministerraad vrijdag een „paar boze burgemeesters” aan de telefoon te hebben gehad. Volgens hem is er sprake van een „misverstand”. De bewindsman benadrukte dat de waardering van het kabinet voor de rol van de burgemeesters tijdens de pandemie „juist heel groot” is.
Hij wilde in het debat aangeven dat er twee lessen te leren zijn van vorig jaar. Als er een regionale opleving van het coronavirus in het najaar komt, moet in de eerste plaats sneller worden opgeschaald naar landelijke maatregelen. En ten tweede moeten regionale maatregelen toch landelijk worden genomen om daarmee te laten zien dat kabinet en lokale overheden samen optrekken. „Het is geen kritiek op de burgemeesters.”