Kamer wil met veteranen Dutchbat terug naar Srebrenica
De Tweede Kamer wil met veteranen van Dutchbat III terug naar Srebrenica, de plek van de ergste volkerenmoord in Europa sinds de Tweede Wereldoorlog. De reis kan bijdragen aan het verwerkingsproces van de oud-militairen, meent Salima Belhaj (D66).
De ongeveer 850 veteranen van Dutchbat III voelen een gebrek aan erkenning, ook van politieke zijde. Veel veteranen kampen ook nog met problemen door hun uitzending naar voormalig Joegoslavië. Zij werden onder meer met onvoldoende materieel en steun op missie gestuurd.
„De politiek is altijd betrokken geweest bij de Dutchbat-missie. Daarom is het belangrijk dat de politiek het initiatief neemt om blijvend het gesprek aan te gaan met de veteranen. Een reis naar Srebrenica zal dat gesprek op gang brengen”, zegt Belhaj.
Er is brede steun in de Kamer voor haar voorstel. De Kamercommissie Defensie zal de reis naar Srebrenica organiseren. Het ministerie van Defensie gaat de komende jaren ook terugkeerreizen naar Bosnië organiseren voor Dutchbatters en hun familie, in de hoop dat dat zal helpen bij de verwerking.
Srebrenica werd in 1995 beschermd door Dutchbat III, maar het gebied werd overlopen door Bosnisch-Servische troepen. Die vermoordden daarna ongeveer 8000 moslimmannen en -jongeren.
Het kabinet komt Dutchbat tegemoet. Dat gebeurt op een advies van de commissie-Borstlap. De premier zal in het najaar met een speciaal gebaar zijn erkenning en waardering uitspreken voor Dutchbat III. Ook krijgen ze een eenmalig bedrag van 5000 euro. Al 700 veteranen hebben die uitkering gekregen, zei demissionair minister Ank Bijleveld van Defensie woensdag in de Kamer.