Volgens de aanklager heeft Van L. talloze dreigbrieven gestuurd aan zuivelbedrijf Campina en een dodelijke dosis landbouwgif in zuivelproducten van dit bedrijf gestopt. De vergiftigde zuivelproducten plaatste hij weer terug in de schappen van diverse supermarkten. Een aantal mensen werd ziek na het eten van de toetjes.

In maart eiste de officier van justitie ook vijftien jaar cel tegen Van L. De rechtbank in Utrecht veroordeelde hem tot tien jaar celstraf. De verdachte was in hoger beroep gegaan omdat hij ontkent dat hij iemand wilde doden. Volgens Van L. was de gebruikte dosis gif in geen geval dodelijk.

Met een injectiespuit had hij per keer 1 milliliter gif in de yoghurt of de vla gespoten. Dat deed hij pas nadat hij op internet had gelezen welke hoeveelheid landbouwgif dodelijk is. Alle keren had hij nog niet de helft van een dodelijke dosis gebruikt. Bovendien smaakten de toetjes heel vies door het toegevoegde gif.

Vier mensen in Noord-Brabant werden ziek na het eten van de vergiftigde toetjes. Volgens de aanklager hadden er doden kunnen vallen.

Voordat Van L. overging tot het vergiftigen van toetjes, probeerde hij al jaren diverse bedrijven af te persen. Zo stuurde hij dreigbrieven aan Albert Heijn, de Nederlandse Spoorwegen en Sara Lee. Later werd Campina het doelwit. Toen in de zomer van 2003 bleek dat de verdachte zijn dreigementen ten uitvoer bracht, besloot Campina in overleg met de politie 50.000 euro te betalen.

Uitspraak 30 november.