Regime Iran claimt „echte competitie” in verkiezingen van vrijdag
Het Iraanse bewind heeft via de conservatieve Raad van Hoeders beklemtoond dat de presidentsverkiezing vrijdag „een serieuze politieke competitie” is. Aan de Iraanse presidentsverkiezingen mogen alleen door deze raad goedgekeurde kandidaten meedoen en ditmaal zijn er zelfs voor Iraanse begrippen wel erg veel kandidaten geweigerd. Slechts zeven kandidaten mochten meedoen en drie van hen hebben de strijd al opgegeven en steunen een andere kandidaat.
Voor de bijna zestig miljoen kiezers is er zoals gebruikelijk geen duidelijke figuur die als oppositieleider indruk heeft gemaakt. De enige kandidaat die zich zou kunnen presenteren als kritisch en onafhankelijk tegenover de ayatollahs is de ex-chef van de centrale bank Abdolnasser Hemmati.
Maar weinig mensen weten wie hij is en zijn economische topfunctie doet gauw denken aan de jarenlange diepe economische crisis in het land. Die wordt vooral door Amerikaanse sancties en sinds vorig jaar ook de pandemie veroorzaakt. De meeste tegenstanders van de heersende geestelijkheid boycotten de stembusgang. En veel Iraniërs zijn hoe dan ook moe van het vergeefs wachten op economische vooruitgang en politieke hervormingen.
De favoriet is opperrechter Seyed Ebrahim Raisi, een vertrouweling van de machtigste man in het land, ayatollah Ali Khamenei. Deze ayatollah staat boven de president. Raisi is eerder als aanklager en nu als rechter een van de fanatiekste aanhangers van het regime geweest. Hij verloor vier jaar geleden de verkiezingen van de meer gematigde Hassan Rohani. Die moet er nu na twee ambtstermijnen mee ophouden.
Toen was de opkomst volgens officiële cijfers 70 procent. Sommige opiniepeilers verwachten dat vrijdag hooguit 40 procent gaat stemmen.
