Noord-Korea geeft na ruim 15 jaar buitenlandse hulp
Noord-Korea heeft voor het eerst sinds 2005 buitenlandse hulp geboden. Bij de Verenigde Naties is een gift binnengekomen van 300.000 dollar (250.000 euro) voor het Humanitair Fonds voor Myanmar. Het fonds is van het VN-Bureau voor Coördinatie van Humanitaire Zaken (OCHA) dat heeft opgeroepen geld te storten voor het Zuidoost-Aziatische land waar sinds een militaire staatsgreep begin februari protesten bloedig worden onderdrukt en de economie zwaar is getroffen door de omwenteling.
De laatste keer dat het stalinistisch geregeerde Noord-Korea over de brug kwam met buitenlandse hulp was in 2005. Toen schonk het 150.000 dollar voor landen die door de tsunami van december 2004 waren getroffen.
Noord-Korea kan zelf ook wel wat hulp gebruiken volgens waarnemers. De geïsoleerde dictatuur lijdt onder meer door buitenlandse sancties, natuurverschijnselen en de coronapandemie aan tekorten. De sluiting van de grens met China als gevolg van het coronavirus heeft Noord-Korea beroofd van basisbehoeften als voedsel, brandstof en kunstmest. Dictator Kim Jong-un erkende woensdag nog publiekelijk dat er tekorten aan voedsel in het land zijn als gevolg van corona en een tyfoon die overstromingen veroorzaakte.