Nieuwsgierig kijkt Mathijs Westerwoudt hoe de kruidenthee bevalt die hij schenkt. Deze blend van Hollandse bodem van moerasspirea, berkenblad en munt smaakt rokerig en dat is even wennen, weet hij.

Samen met zijn compagnon Daan van Diepen (29) produceert Westerwoudt kruidenthee. Die is op de eerste plaats bedoeld om duurzaamheid en biodiversiteit te bevorderen en pas daarna om geld mee te verdienen. Na zijn studies bedrijfskunde en psychologie trof hij in Van Diepen een geestverwant. Ze vinden het „vet” om te werken aan landschaps- en natuurherstel én commercieel bezig te zijn. „Natuurherstel alleen is meer een hobby voor filantropen, wij wilden het combineren met een business. Zonder businessmodel stopt het natuurherstel zodra de geldschieter er mee ophoudt. Je moet het herstel van de natuur inbakken in je bedrijf, dan ben je goed bezig! Veel beter dan bomen planten terwijl je iets doet dat de natuur schaadt!”

Geitenwollen sokkensfeer

Westerwoudt had al eens met de gedachte gespeeld thee te verkopen en per post te bezorgen. Zo ontstond het idee thee te maken van inheemse kruiden en die online aan de man te brengen. „Er is een groeiende markt voor kruidenthee en niet alleen bij yogascholen. Fitnesswebsites prijzen brandnetelthee aan om droge spieren te krijgen, daarmee is het wel uit de geitenwollen sokkensfeer.”

De melanges worden gemengd in twee roestvrijstalen molens, met een uit China afkomstig apparaat kunnen kleine hoeveelheden gedoseerd in zakjes worden verpakt. Maar met een productie van zes ton per jaar is die aanpak alweer achterhaald.

Nu wordt de thee op een sociale werkplaats gewogen, verpakt, gelabeld en direct naar de klant verstuurd. „De korte keten tussen boer en consument is gunstig voor de boer. Die wordt altijd uitgeknepen als er te veel schakels tussen zitten.”

De ondernemers geloven in de lokale markt. „Als Nederland alle uien teelt voor de wereld en de VS al het meel, krijg je monoculturen. Dat verklaart dat lamsvlees van Texel duurder is dan lam uit Nieuw Zeeland. Je moet je afvragen waarom een product zo goedkoop is”, vindt Westerwoudt, die thee aanbiedt voor een prijs die vier keer zo hoog ligt als gebruikelijk.

Sommelier

Voor het samenstellen van thee uit brandnetel, kamille en weegbree, vlier en hortensia namen ze een theesommelier Anne Adams in de arm. „Zij bepaalt de samenstelling. Neem paardenbloem, op zich is dat niet zo lekker, maar het is gezond en voegt een bittertje toe.” Zes blends hebben ze inmiddels. Enthousiast laat Westerwoudt gedroogde tulpenblaadjes zien: „De kelkblaadjes voegen een zoetje toe geven de thee een kleurtje.” Wilgenroosje en het blad van de walnotenboom smaken een beetje als de zwarte thee en zijn daarom gewilde elementen.

Aanvankelijk vonden mensen het een gek idee, maar nu doen er al 35 boeren mee. Eén boer plukt de kruiden, droogt ze en maakt er thee van. Geamuseerd constateert hij dat „we de boer betalen voor meer onkruid.” Aanvankelijk moesten de kruiden worden gesorteerd om er vervolgens de juiste melange mee samen te stellen. Inmiddels worden de kruiden in lange stroken gezaaid, wat het oogsten vereenvoudigt, zonder dat de biodiversiteit in het gedrang komt. Westerwoudt: „Hoe meer we inzaaien, hoe meer de biodiversiteit ermee is gediend. Zo proberen we bij te dragen aan herstel van biodiversiteit in plaats van iets alleen maar minder slecht te doen.”

Bij boer Peter van Rossum uit Haarzuilens is afgelopen week een paar honderd kilo weegbree en brandnetel geoogst. Hij boert sinds twee jaar natuurinclusief, houdt 55 koeien, mest zelf zijn stiertjes af en verkoopt het vlees online. „Brandnetels verspreiden zich niet zo snel als het zaad van bloeiende planten. Ons weiland ziet eruit als de Keukenhof, de kruiden houden de koeien vitaal.”

> wilder-land.com