Screeningswet Curaçao belemmering voor twee beoogde ministers
Twee beoogde ministers voor de nieuwe Curaçaose regering worden niet voorgedragen voor hun nieuwe functie. Het gaat om Eduard Braam, beoogd minister van Justitie voor de MFK, die zich zelf heeft teruggetrokken vanwege een veroordeling in 2000 wegens ontucht met een minderjarige. Hij werd veroordeeld voor ontucht, maar kreeg geen straf opgelegd.
Kandidaat voor de post van minister van Economische Ontwikkeling Ramon Chong voor de partij PNP, kreeg in 2003 een voorwaardelijke straf als gedeputeerde voor fraude. Chong maakte vrijdag bekend dat hij niet is voorgedragen door de formateur omdat hij een strafblad heeft.
Curaçao kent een screeningswet, daarin staat onder meer dat nieuwe ministers geen veroordeling achter hun naam mogen hebben. De politicus, voorzitter van de PNP, overweegt naar de rechter te stappen omdat hij het als een principiële zaak ziet.
„Curaçao is het enige land in het Koninkrijk met zo’n wet. Mark Rutte heeft een civielrechtelijke veroordeling gekregen en mag gewoon minister-president zijn in Nederland. Waarom kan ik dan geen minister worden? De wet is niet correct”, stelt Chong. De rechtbank van Haarlem oordeelde in 2007 dat Rutte als staatssecretaris van Sociale Zaken gemeenten heeft aangezet tot rassendiscriminatie. In 2003 zette Rutte gemeenten aan om inwoners van Somalische afkomst extra te controleren op fraude met bijstand.
Bij de Curaçaose parlementsverkiezingen op 19 maart wonnen de MFK en PNP samen dertien van de 21 zetels. De partijen sloten kort daarop een akkoord en hebben al een regeerakkoord gepresenteerd. In de afgelopen weken vond de screening van de ministers plaats. Die is nog niet volledig afgerond.