Autowassen in vier stappen
De auto is na het huis de grootste uitgave in een mensenleven, wordt weleens beweerd. We zijn daarom best zuinig op onze karretjes of bolides. Maar hoe houd je ze glanzend? Vier wastips.
Hoe wast de gemiddelde automobilist zijn voertuig? Emmertje sop, spons, flink wrijven, afspoelen en klaar! In veel gevallen is er dan al veel kwaad aangericht. Het vuil op de auto wordt door de spons opgenomen, die vervolgens meer op schuurpapier lijkt. Met krassen als gevolg. Fout dus!
Stap 1: Reinigen zonder aanraken
Wat voor vuil en verontreiniging zit er allemaal op de auto? Zand, aanslag, resten van insecten, remstof en nog veel meer.
Voor insecten geldt dat deze van een droge ondergrond losgeweekt moeten worden. Middelen om insecten van de auto los te weken werken namelijk alleen als de auto nog niet nat is.
Vernevel de insectenreiniger op de plekken waar dit nodig is en laat dit middel even intrekken, zodat de overgebleven resten goed losweken van de carrosserie, grille of voorruit. Vergeet ook niet de kappen van de buitenspiegels in te spuiten.
Voor een perfect wasresultaat is het daarnaast van groot belang dat zand en andere schurende vervuiling zo veel mogelijk verwijderd zijn voordat er met een spons over het lakoppervlak gewreven wordt.
Koop speciaal voor dit doel een onkruidspuit. Vul deze met warm water en voeg daar een dopje autoshampoo aan toe.
Veel mensen wassen hun auto met een wasmiddel voor de vaat. Maar zo’n middel werkt ontvettend en lost op een auto ook direct de eventuele beschermende waslaag op die bij een eerdere wasbeurt werd aangebracht.
Vernevel de hele auto met de oplossing uit de onkruidspuit. Zo weken ook zand en ander vuil los.
Daarna zijn de wielen of wieldoppen aan de beurt. Neem hiervoor altijd een middel op zeepbasis en niet eentje met zuur of alcohol. Die laatste twee zorgen er na verloop van tijd voor dat de lak van wielen en wieldoppen dof wordt of zelfs afbladdert. Gebruik een goede kwast om het middel ook in de hoekjes aan te brengen.
Neem vervolgens de tuinslang of een hogedrukspuit en spuit de voorbehandelde auto schoon. Let er bij gebruik van een hogedrukspuit op dat die een afstand van zo’n 40 cm tot de carrosserie houdt. Spuit altijd onder een hoek.
Zonder dat het lakoppervlak is aangeraakt en er krassen ontstaan, is de auto nu al voor 90 procent schoon.
Stap 2: Insoppen
Na deze voorbereiding komt pas het bekende emmertje sop tevoorschijn. Het is van belang dat er een schone spons wordt gebruikt; ook weer met het oog op een zo laag mogelijke kans op krassen in de lak.
Werk met de spons zo veel mogelijk in de lengterichting en vermijd juist draaibewegingen. Die veroorzaken zogenaamd spinrag, een witte aanslag waarin de draaibewegingen van de spons te zien zijn.
Het is een fabeltje dat hoe meer schuim er op de auto zit, hoe beter de auto wordt gereinigd. Autowasserettes maken van dat idee ook dankbaar gebruik. Maar veel schuim heeft alleen maar te maken met marketing.
De gemiddelde consument wil niet veel tijd kwijt zijn aan het wassen van zijn auto. Daarom wordt veelvuldig een shampoo gekozen waarin een wax verwerkt zit. En juist dat is ten zeerste af te raden. Het glanzende effect is na het wassen weliswaar direct waarneembaar, maar het waxlaagje is vettig en trekt juist gemakkelijk vuil aan.
Stap 3: Spoelen en drogen
Na het insoppen van de auto kan met de tuinslang het resterende vuil van de auto worden gespoten. De auto is nu helemaal schoon.
Met een speciaal voor dit doel gemaakte zachte trekker zijn de grote oppervlaktes van de auto in een handomdraai gedroogd. Wie hiervoor een zeem gebruikt, kan beter een kwalitatief hoogwaardige kunstzeem gebruiken. Deze blijft namelijk altijd zacht. Een natuurzeem kan hard als karton worden en dus krassen veroorzaken.
Op veel plekken in Nederland komt er hard water met veel kalk uit de kraan. Daarom is het verstandig aan het spoelwater voor de zeem een scheutje azijn toe te voegen. Kalk veroorzaakt kalkvlekken als de auto droog is. Dat wil een automobilist beslist niet na een uurtje zwoegen op zaterdagochtend.
Stap 4: Extra beschermen
Om de volledig schone auto extra te beschermen zijn er verschillende middelen op de markt. Een ouderwetse wax verhoogt de glans, maar is dus ook vettig en trekt vuil aan. Vraag daarom bij de automaterialenzaak naar een ”finish” die niet plakkerig is.
Als de auto door eerder onoordeelkundig wassen al vol met krassen zit, hebben autopoetsbedrijven nog wat oplossingen achter de hand. Een specialist kan de carrosserie polijsten. Daardoor wordt het lakoppervlak veel gladder dan voorheen en hecht vuil minder snel. Dit vergemakkelijkt het schoonmaken. Bij ernstige lakbeschadiging kan een specialist advies geven over de aanpak ervan.
Verwijdertip 1: Hars en teer
Sommige verontreinigingen zijn niet met een hogedrukspuit of spons weg te poetsen. Een auto die regelmatig onder een boom geparkeerd staat, kan harsvlekken oplopen. Die kunnen gemakkelijk worden verwijderd door deze te deppen met brandspiritus. En teervlekken verdwijnen als sneeuw voor de zon met wasbenzine. Datzelfde geldt voor achtergebleven witte puntjes van poetsmiddel.
Verwijdertip 2: Saharazand
Een aantal keer per jaar krijgen we te maken met een zogenaamde Sahararegen. Dat is een regen waarin zand wordt meegevoerd dat rood van kleur is door het hoge ijzergehalte. De zandkorrels gaan roesten op het lakoppervlak van de auto. Met een velgreiniger op zeepbasis zijn deze roestvlekjes heel gemakkelijk te verwijderen.
Verwijdertip 3: Vogelpoep
Zit er vogelpoep op de auto? Dan is het van belang deze à la minute te verwijderen. Vogelpoep trekt namelijk vrijwel direct in de lak. Vooral op donkere kleuren is dit zeer snel waarneembaar. Neem af met een ruime hoeveelheid water. In vogelpoep zitten vaak harde bestanddelen. Ga niet wrijven; hierdoor ontstaan krassen.