Spanje stuurde 6500 migranten terug na bestorming Ceuta
Spanje heeft al 6500 migranten teruggestuurd naar Marokko na de bestorming van de enclave Ceuta in Noord-Afrika. Dat zei de Spaanse minister van Binnenlandse Zaken Fernando Grande-Marlaska, die op de radio verklaarde dat de situatie nu weer „normaal” is in vergelijking met de afgelopen dagen.
Migranten zien het aan Marokko grenzende Ceuta als een toegangspoort tot de Europese Unie. De Marokkaanse autoriteiten zouden begin deze week plots de grensbewaking hebben versoepeld. Daarop lukte het zo’n 8000 mensen om zwemmend of met bootjes de zwaarbeveiligde Spaanse enclave binnen te komen.
Marokkaanse veiligheidstroepen grepen later alsnog in. De overheid charterde ook bussen om Marokkanen die zich in het gebied hadden verzameld terug te brengen naar de steden waar ze vandaan kwamen. Ingewijden zeggen dat er donderdagavond al zo’n 3000 mensen waren weggebracht.
Spanje en Marokko lagen voorafgaand aan de bestorming overhoop over de Spaanse hulp aan een zieke separatistenleider, Brahim Ghali van het Polisario Front. Die groep wil een eigen staat in de door Marokko geclaimde Westelijke Sahara. De Marokkaanse regering vond het onacceptabel dat ze niet was geïnformeerd dat Ghali in een Spaans ziekenhuis lag.
Minister Grande-Marlaska sprak vrijdag de hoop uit dat snel een punt kan worden gezet achter het diplomatieke conflict. „Het is onvoorstelbaar dat een humanitair gebaar kan leiden tot een situatie zoals de crisis in Ceuta”, zei hij.